- 16 -
De heer Boluijt zegt dat na lezingen in Steenbergen en on
langs nog de uitleg in de commissievergadering door de ambte
naar, toch nog een vraag openblijft. Met betrekking tot ali
nea B2 wordt gesproken over de samenwerking en herintreding
met arbeidsvoorzieningen. Een en ander zal waarschijnlijk
nogal wat financiële consequenties hebben.
Kunt u een inschatting geven wie wat gaat financiëren in dit
samenwerkingsverband?
De heer Van den Berge zegt dat men geen wonderen moet ver
wachten van de nieuwe Algemene Bijstandswet, als het gaat om
mensen, die opnieuw in het arbeidsproces moeten zien terecht
te komen. Wel zijn er een aantal dingen in opgenomen die het
wellicht mogelijk maken om voor sommige mensen of doelgroe
pen een en ander toch wat te versnellen.
Men blijf toch met een kern van mensen zitten waarvan het
haast onmogelijk is om daar een geschikt plekje voor op de
arbeidsmarkt te vinden. Verder houdt de samenwerking in, dat
een samenwerkingsverplichting wordt opgelegd om als gemeente
samen met het arbeidsbureau of een andere instantie een
soort trajectplan per cliënt op te stellen. De financiering
maakt deel uit van een nog op te maken contract en het RBA-
bestuur is momenteel daarover nog in gesprek. De gemeente
heeft daar nog geen concreet voorstel over gehad maar het
zal duurder worden dan het voorstel wat vorig jaar rond deze
tijd in de commissie is behandeld. Spreker vindt nog steeds,
de raad was het daar toen niet mee eens, dat het toen een
financieel voordelig iets geweest zou zijn.
De heer Boluijt zegt dat dit niet in te passen was in dit
concept en u gaat nu wel een beetje buiten de waarheid.
De heer Van den Berge zegt dat dit al wel in Nieuw-Vossemeer
is. Het was bestaand beleid en dit had geïntegreerd kunnen
worden in het nog op te stellen contract.
De heer Boluijt zegt dat het juiste antwoord niet gegeven
kan worden omdat de cijfers nog niet bekend zijn.
De heer Van den Berge zegt dat er nog een contract opgesteld
moet worden en daarom kan daar dus nog niets over gezegd wor
den, maar dat het duurder wordt is haast wel zeker.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voor
stel besloten.
VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET TEN BE~
HOEVE VAN HET BOUWRIJP MAKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN "MOLEN
KREEK II"
De heer Van Zundert zegt dat bij de ter inzage liggende stuk
ken een tekening zat waarop de uitweg niet goed was ingete
kend. Spreker vraagt verder aandacht, gezien de beperkte uit
wegen, om de overlast door het bouwverkeer in verband met
bouwrijp maken, zoveel mogelijk te beperken.
