- 63 -
Uw opmerking dat er, als gevolg van het feit dat de begro
tingswijzigingen vanaf augustus 1993 niet in de begroting
1994 zijn verwerkt, er een scheef beeld ontstaat is in zeke
re zin waar. De praktijk is, dat als de begroting ambtelijk
rond is, deze aan het college wordt voorgelegd.
Na deze beoordeling door het college dienen er als regel
nog wat aanpassingen te worden gedaan en moet het geheel
nog worden getypt en gekopieerd. In de tussenliggende tijd
gaat de besluitvorming echter gewoon door. Wij stellen ons
voor om begin 1994 een en ander door middel van een aanpas
singswijziging bij te stellen.
Het CDA beweert verder dat de post onvoorzien niet hoog is.
Nou dan bent u kort van memorie want toen het CDA in het
college zat was deze post in:
1983 40.000,--
1985 70.000,
1986 60.000,--
1987 50.000,--.
En dan noem ik zo maar een paar jaren.
Dus conclusie: dit college heeft een begroting aan u voorge
legd die evenwichtig is. Voor 1994: bijna twee ton!
Het budget voor het komende jaar achten wij toereikend.
Het CDA is voorstander van stapsgewijze verhogingen.
Ja maar ook voorstander van de aanleg van dure voorzienin
gen waarvan het gebruik daalt, namelijk het DlVO-voetbal-
complex en De Buitelstee.
De lasten daarvan drukken zwaar op de hele gemeenschap. Wel
het geld uitgegeven. Niet toen voor voldoende centjes ge
zorgd.
Dit college heeft de boel stap voor stap proberen recht te
trekken wat onder vorige colleges is scheef gegaan.
Ik mag u verwijzen naar een eerdere opmerking in mijn
eerste termijnbeantwoording.
Dus terwijl mede door het CDA dure voorzieningen zijn gerea
liseerd, worden we tegelijkertijd geconfronteerd met zware
rijkslasten, ook weer afkomstig van het CDA/PvdA-kabinet
Begrotingstechnisch is het zo dat de lopende uitgaven (de
jaarlijks terugkerende uitgaven inclusief de post voor on
voorziene uitgaven) gelijk zijn aan de lopende ontvangsten.
Ook kan men het zo zeggen dat elk jaar zijn eigen lasten
draagt.
Indien de post voor onvoorziene uitgaven ten laste van de
saldi-reserve wordt verhoogd dan betekent dit een aantas
ting van het eigen kapitaal of vermogen van de gemeente.
Omdat de rente die over de reserve wordt berekend ten bate
van de gewone dienst komt wordt deze, als die over een lage
re saldi-reserve wordt berekend, vanzelf dan ook lager.
