- 40 - Voor onze gemeente komt dit neer op circa elf opvangplaat sen. Zodra een asielzoeker een status krijgt (een toelating als vluchteling of een vergunning tot verblijf), komt hij in aanmerking voor reguliere huisvesting. De gemeenten zijn daarvoor primair verantwoordelijk. Gezien de landelijke problematiek ten aanzien van de huisvesting van statushou ders hebben wij de bereidheid uitgesproken om in samenwer king met de Bouwvereniging van Dinteloord voor twaalf statushouders huisvesting in onze gemeente beschikbaar te stellen. Deze taakstelling zou vóór 1 mei 1994 gerealiseerd moeten worden en komt dus bovenop de norm van 2°/voor R.O.A.-plaatsen. Momenteel is de situatie met betrekking tot de huisvesting van asielzoekers in onze gemeente als volgt: - aantal reeds gehuisveste statushouders 4 - aantal beschikbare en feitelijk bewoonde R.O.A.-plaatsen 9 Binnenkort verwachten wij over een tweede woning voor statushouders te kunnen beschikken. Wij zijn vol lof over de medewerking, die wij van de zijde van de bouwvereniging tot nu toe hebben ondervonden. Wij hebben geen redenen om aan te nemen dat hierin in ongun stige zin verandering zal komen, noch hebben ons signalen bereikt welke erop wijzen dat het maatschappelijk draagvlak in onze gemeente zou afnemen. De humane en sobere opvang van asielzoekers beschouwen wij als een taak, waarvoor wij ons zullen blijven inzetten. Wij hopen hiermede een bijdrage te kunnen leveren aan de schrij nende nood op dit gebied. Kosten leerlingenvervoer Bij de organisatie van het leerlingenvervoer naar scholen voor basis- en speciaal onderwijs gaan wij ervan uit dat het openbaar vervoer het eerst aangewezen is. Dit principe is ook neergelegd in de Verordening leerlingenvervoer. Er zijn echter leerlingen die niet met het openbaar vervoer naar school en terug kunnen, zelfs niet onder begeleiding. Deze kinderen zijn dan aangewezen op aangepast vervoer (busje of taxi). Vooral voor kinderen met een bepaalde lichamelijke of geestelijke handicap is vervoer met een busje of taxi vaak de enige oplossing. In die gevallen vragen wij altijd een verklaring van de commissie van onderzoek van de betreffende school. Ook wanneer het open baar vervoer ontbreekt (buitengebied) of de reistijd met het openbaar vervoer te lang is, dient voor aangepast ver voer gezorgd te worden. Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar wordt door ons steeds onderzocht welke leerlingen eventueel met het open baar vervoer zouden kunnen reizen. Slechts in een beperkt aantal gevallen wordt hiervan gebruik gemaakt.

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1993 | | pagina 135