Hij meent dat de Muziekschool hiervan op de hoogte is en een
verzoek om extra subsidie aan de gemeente had moeten doen.
Hoewel dat geen initiatief kan zijn van het college zou het een
oplossing kunnen zijn, indien de plaatselijke muziekverenigingen
de helpende hand toe zouden steken.
De heer Breure vraagt de voorzitter of er al concrete voorstellen
aangaande de automatisering zijn.
De voorzitter antwoordt dat hieromtrent nog geen nadere gegevens
bekend zijn. Vanwege de onvolledigheid van de ingediende offertes
wordt binnenkort een aanvullende offerte-aanvraag verzonden.
Vervolgens vraagt de heer Breure of het juist is dat de gemeente
betrokken is bij het overleg aangaande de situering van de
Zoomweg.
De voorzitter merkt op, dat vorige week gesproken is over de
voorbereidende werkzaamheden (tracékeuze, bestemmingsplanwij
zigingen enzovoort), welke de gemeenten zelf dienen uit te voeren
en voor te financieren.
Overigens bestaat er nog geen overeenstemming over het tracé
tussen de gemeenten onderling.
Op de vraag van de heer Breure aangaande de verkeersveiligheid van
de Molendijk antwoordt de heer Traets dat er op korte termijn een
aantal borden geplaatst worden. In 1991 of 1992 zullen, als de
gemeente zeggenschap heeft over dit stuk weg, er buiten de
bebouwde kom misschien snel heidsbeperkende maatregelen gecreëerd
worden.
De heer Breure meent dat dan al het werk voor niets is geweest.
De heer Traets ontkent dit. Inspraak kost nu eenmaal tijd en geld.
Hij meent dat een snelheidsbeperkende maatregel pas effect heeft,
indien alle bewoners het ermee eens zijn.
De heer Breure meent dat het college beleidsmatig beter een
concreet plan bij de bewoners had kunnen deponeren.
De heer Traets vindt dat men van tevoren bij een dergelijke, voor
de bewoners ingrijpende, maatregel moet weten of zij achter het
plan staan.
Vervolgens vraagt de heer Breure wanneer het voorstel aangaande
het verzoek van de H.M.S. weer behandeld wordt.
De heer Traets zegt toe dat dit de volgende keer behandeld wordt.