-4-
ONDERZOEK 4
GELOOFSBRIEF
PJ BOLUI JT
Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15
januari 1982 om over te gaan tot onderzoek van de ge
loofsbrief van P.J.Boluijt in verband met zijn benoe
ming tot lid van de gemeenteraad.
De voorzitter deelt in dit verband mede dat volgens
persberichten de heer J.Vriens zou hebben geweigerd
zijn benoeming tot raadslid te aanvaarden omdat hij
deze funktie niet zou ambiëren.
Een en ander heeft althans deze schijn gewekt.
Spreker zegt dat dit zeker niet het geval is. Bij het
tot!stand komen van het C.D.A. zijn immers afsprakenge-
maak t
Een van die afspraken hield in, dat wanneer het raads
lidmaatschap van één van de C.D.A.-leden zou worden
beëindigd, dat betreffende raadslid zou worden opgevolgd
door een persoon met dezelfde politieke achtergrond.
Konform deze afspraak betekende dit voor de heer Vriens
dat hij diende te bedanken.
Vervolgens gaat de voorzitter over tot behandeling van
het agendapunt
Spreker stelt voor de vergadering te schorsen, zodat de
commissie, bestaande uit mevrouw Breure, de heer Sturris
en de heer van der Wiele, in de gelegenheid wordt ge
steld zich terug te trekken en over te gaan tot het
onderzoek van de geloofsbrief van de heer P.J.Boluijt.
Na heropening der vergadering deelt de heer van der
WjL£_l£rapporteur van de commissie, mede dat uit het
onderzoek is gebleken dat de toelating van de heer
P.J.Boluijt tot de gemeenteraad op geen enkele wijze
wordt belemmerd.
De voorzi t ter deelt mede dat de heer Boluijt nu als
raadslid is toegelaten en in de eerstvolgende vergade
ring zal worden beëdigd.
AANGAAN
KASGELD
LENING
Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29
december 1981 om over te gaan tot het aangaan van
tijdelijke kasgeldleningen tot een maximum van
1.500.000,-- met de N.V. Bank voor Nederlandsche
Gemeenten te 1s-Gravenhagede Algemene Bank Nederland
te Bergen op Zoom en de Rabobank te Dinteloord.
De heer Sturris deelt mede, dat hij tegen het aangaan
van de kasgeldlening stemt.
Spreker zegt van bepaalde facetten, zoals algemeen
bekend, tegenstander te zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel
aangenomen, onder aantekening dat de heer S_turrijs ge
acht wenst te worden te hebben tegengestemd.
-5-
