- 17 - "te maken hebben, aan alle mensen op te dringen. Ik "denk dan aan het ontwerp voor anti-discriminatiewet "en aan overheidscirculai reswaarin mannen verweten "wordt, dat ze over 't algemeen te weinig in het huis- "houden doen. "De overheid als zedenmeester wordt ongeloofwaardig. "De roep om déregu1 eringdie thans uit het land opklinkt "is er een duidelijk bewijs van dat de overheid over de "hele linie te ver is gegaan met haar bemoeienissen. Men "zou zich weer eens terdege moeten gaan bezinnen op de "vraag naar de immanente begrenzing van de overheidstaak. "Gaan van beide zijden de ontwikkelingen, zoals gewraakt, "toch door, dan zal, zo vrees ik, onze democratie onder "zware druk komen te staan. "Nu heb ik in de laatsgehouden raadsvergadering opgemerkt "dat ik nog iets zou zeggen naar aanleiding van een op merking van de heer van der Wiele. Een aantal jaren ge meden namelijk heb ik bij de behandeling van de begro- "ting de euvele moed gehad om op te merken "wat ik nu zo "graag zou willen is dat u nu eeens niet over de begro tingsposten gaat praten, maar dat u nu eens vanuit uw "principiële uitgangspunt een algemene beschouwing houdt" "U voelt dat in zo'n opmerking de worsteling die ik zelf "in het verleden heb gehad en waar ik eigenlijk nog wel "mee bezig ben doorklinkt. "Ik vind het namelijk belangrijk, dat de kiezer hoort "waarom, wat is de wortel van waaruit ik politiek be- "drijf, waarom ik zo en zo en dat en dat wil. Naar mijn "idee is dat voor het raadslid zelf ook belangrijk, om- "datwant dat gebeurt eigenlijk nooit) men zich dan eens "afvraagt of het beginsel van waaruit men tewerk gaat op "een gegeven moment praktijk krijgt in bepaalde maatrege- "len en of dat ook werkt. Om eens een heel duidelijk "voorbeeld te noemen; Als je uitgaat van het gegeven dat "de mens goed is, kom je tot een andere politiek, dan "wanneer je uitgaat van het tegenovergestelde. En het is "goed dat je zelf én een ander weet wat dat uitgangspunt "is en of en in hoeverre, die maatregelen die op een "bepaald uitgangspunt gebaseerd zijn geweest, ook werken. "Dat is toen de achtergrond van mijn vraag geweest en "niet zoals de heer van der Wiele toen heeft opgemerkt: "U wilt blijkbaar dat wij met elkaar in de slag gaan". "Wat ik graag wil is, dat uit de schok van de meningen de "waarheid tevoorschijn komt. "Waar de heer Schneider op gewezen heeft: ik wil graag "weten wat de achtergrond is, hoe het werkt en hoe het "uitwerkt en dan wil ik dat evalueren ook voor mezelf, "maar ik vind dat iedereen dat moet doen. "Gistermiddag en vanmorgen heb ik het boek van Johan "Huizinga eens ter hand genomen en ik heb gemerkt dat "ik veel van die gedachten die in het humanisme liggen "in mezelf heb opgenomen. "In dat boek ("In de schaduwen van morgen") staat ook "een hoofdstuk over de kritische behoefte. Hij vindt dat 18

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1982 | | pagina 273