-2 8-
Met betrekking tot de vraag over de muziekschool zegt de voor
zitter het volgende.
In 1977 is op voorstel van de heer Vriens de gemeentelijke bij
drage aan de Roosendaalse muziekschool bevroren op een bedrag
van 25.000,--, trendmatig te verhogen, benevens een bedrag
voor DintéLoordse leerlingen, die de muziekschool te Roosendaal
bezoeken voor lessen in het bespelen van een instrument, waar
voor in Dinteloord zelf geen gelegenheid bestaat.
Het in 1977 bevroren bedrag van 25.000,-- is als gevolg van
trendmatige verhogingen in 1983 opgelopen tot 33.500,--,
terwijl in de begroting een bedrag van 1.500,-- is uitge
trokken voor het volgen van muzieklessen te Roosendaal. Totaal
derhalve 35.000,--.
De begroting 1983 van de muziekschool vraagt een bedrag van
51.534,--, wanneer alle leerlingen die zich hebben aange
meld, ook inderdaad geplaatst worden. Dit bedrag is als volgt
gespecificeerd:
- dependance 44.123,50
- aanname nieuwe leerlingen - 5.660,50
- leerlingen die school Roosendaal bezoeken 1.050,
- aanname nieuwe leerlingen - 700
Totaal 51.534,--
terwijl bij dit bedrag inderdaad nog gevoegd moeten worden de
kosten, verbonden aan het gratis gebruik van een lokaal in de
voormalige rkmeisjesschool
De muziekschool wordt momenteel door 72 leerlingen bezocht,
terwijl 23 leerlingen op een wachtlijst staan. Het door de
heer Vriens naar voren gebrachte element om door middel van
één of meer vakleerkrachten zelf in het geven van muziek
onderwijs te voorzien, is nieuw voor ons. Het vereist een
nadere studie, omdat thans de konsekwenties (ook de financiële
konsekwentiesniet te overzien zijn.
Door het bestuur van de muziekschool is ons met klem verzocht
om wegen te vinden het in de begroting 1983 opgenomen bedrag
van 35.000,te verhogen, omdat anders leerlingen moeten
worden afgevoerd en van opname van nieuwe leerlingen geen
sprake kan zijn.
Wij hebben het stichtingsbestuur toegezegd om een en ander in
de commissie financien aan de orde te stellen en aan de gemeen
teraad voor te leggen. Ook de door de heer Vriens gedane
suggestie zal in de beraadslagingen worden meegenomen.
De voorzitter zegt, dat de heer Vriens verwijst naar het ver
haal van het F.N.V. Aan het slot van dit verhaal wordt de
suggestie gedaan om iets te doen aan de werkloos geworden
leraar van de muziekschool.
De muziekschool is een probleem voor veel gemeenten. Wanneer
men besluit om de bijdrage te bevriezen of om helemaal uit de
muziekschool te gaan en een eigen dienst op te zetten, dan
gaat men een bestaande zaak afbreken. Dat betekent ook dat er
werklozen komen. Aan de andere kant komt de F.N.V. met de
suggestie om werklozen op de een of andere manier aan werk te
helpen, door b.v. de uitkering aan de instelling te geven. Dan
zou het voor die instelling misschien goedkoper kunnen worden.
Spreker vindt dit aan de ene kant een gedachte die voor de
hand ligt om zo te reageren, omdat er zoveel werklozen zijn en
er ontzettend veel werk ligt. Het wordt echter erg ingewikkeld
In dit concrete geval vraagt hij zich af of het niet veel een
voudiger is om met elkaar de muziekschool in stand te houden.
-29-
