-4-
De heer Hulshof zegt, dat steeds gesproken wordt over
de honorering van een voorzitter buiten de gewestraad.
Hij vraagt of er al eens gedacht is om iemand te vinden
die bereid is het voorzitterschap op zich te nemen op
presentiegeldbasis
De heer Hulshof vervolgt, dat hem uit de stukken is ge
bleken dat de heer van Steen noch zijn plaatsvervanger
aanwezig konden zijn op een vergadering. Hij vraagt om
de mogelijkheid te onderzoeken, dat er altijd twee
personen van de gemeente aanwezig zijn.
De heer Buscop antwoordt, dat het hem niet bekend was.
De vëërzï~ttër—zegt dat dit in het vervolg beter afge-
sprëkën"moet worden. Op de vraag van de heer Hulshof
of iemand op basis van een presentiegeld bereid is het
voorzitterschap op zich te nemen, antwoordt spreker
dat het hem niet bekend is of hierover al eens gesproken
is. Dit punt is momenteel ook niet aan de orde.
Er is vanuit gegaan, dat, wanneer iemand buiten de ge
westraad benoemd wordt, dit altijd een fors betaalde
funktionaris is.
De heer van Steen zegt, dat de raad afdwaalt. In het
verleden heeft de raad besloten om niet aan deze wijzi
ging mede te werken.
Hij meent, dat, wanneer de raad mededeelt niet in te
stemmen met deze wijziging, hij geen spaak in het wiel
st eekt
Spreker wil danook dat deze mening kenbaar wordt ge
maakt aan de gewestraad.
De voorzitter zegt, dat de zaak nog onder de oude rege-
TTng™vaTt ë"n— dat het vetorecht dus wel geldt. Wanneer
een raad neen zegt, dan zit de zaak vast.
De heer Traets zegt, dat het college van burgemeester
en wethouders ervan uitgaat, dat de situatie in de prak
tijk onveranderd zal blijven. De heren van Steen en
Buscop willen het risico uitsluiten dat er eventueel op
een andere manier een voorzitter gekozen wordt. Hij kan
daar toch wel mee instemmen.
De heer de Visser merkt op, dat tot op heden de burge-
meestersvan Bergen op Zoom en Roosendaal bij toerbeurt
voorzitter waren en dat nu een voorzitter uit de gewest
raad wordt gekozen, zonder financiële konsekwenties
Democratisch gezien komt er nu een betere regeling.
De heer Traets herhaalt, dat volgens het college de
huidige situatie onveranderd blijft.
De voorzitter antwoordt, dat dit niet helemaal juist is.
Mëmënëeël wordt nog gewerkt met een regeling, die ge
troffen is bij het oprichten van het streekgewestToen
is op dit punt eigenlijk een noodverband gelegd. In de
regeling is ook ingebouwd, dat dit maar voor twee jaar
zo mocht zijn. Na die twee jaar moest een definitieve
regeling getroffen worden. Tussentijds is al mogelijk
gemaakt, dat de oude regeling gehandhaafd kon blijven.
-5-