-25-
Het ene jaar zal men bij b.v. de aardappeloogst veel ver
dienen en het andere jaar zal men erop verliezen. Zo is
het ook bij de schapenteelt.
Het feit, dat er in Nederland nog steeds schapenteelt is,
betekent voor hem dat er dan ook op verdiend wordt.
Spreker vindt het danook een vreemde zaak, dat wanneer er
eens een calamiteit gebeurt, men ineens gaat stellen dat
de overheid moet gaan betalen. In beginsel vindt hij, dat
de schapentelers dat risico bij een verzekering moeten
onderbrengen.
Wanneer blijkt, dat een verzekeringsmaatschappij te zware
voorwaarden stelt, dan zou hij zeggen, dat alle schapen
houders in het land de koppen bij elkaar moeten steken en
een onderlinge coöperatieve verzekering moeten afsluiten,
waaruit dergelijke calamiteiten betaald kunnen worden.
De voorzitter meent, dat hier zaken aan de orde worden ge
steld, die naar zijn mening niet op de weg van de overheid
liggen.
Dit valt onder de verantwoordelijkheid van het bedrijfs
leven. Wanneer men daarin de overheid gaat mengen, dan
krijgt men allerlei problemen en spreker vindt dat men dat
niet moet doen.
De voorzitter voegt hieraan toe, dat, wanneer de raad door
zijn betoog het voorstel van het college aanneemt, in het
geval van de heer Hartman toch iets moet worden gedaan.
Het college zou daartoe dan een apart voorstel willen doen.
Spreker vat het voorstel van het college samen als volgt:
1. enkele wijzigingen in de A.P.V.:
a. het aanlijnen dag en nacht, zowel binnen als buiten
de bebouwde kom, van honden.
Het college heeft echter geen moeite met het voorstel
op dit punt van de heer Coppens.
b. voorschrift dat de honden een penning moeten dragen.
2. een verzoek richten aan de omliggende gemeenten om de
zelfde maatregelen te treffen.
3. niet over te gaan tot het instellen van een fonds.
Wanneer dit voorstel wordt aangenomen, dan komt er een
nieuw voorstel om in het geval Hartman iets te doen.
De voorzitter vervolgt, dat het voorstel van de heer Coppens
luidt
a. in principe besluiten tot fondsvorming.
b. instellen van een commissie, die de vergoedingsregeling
nader gaat uitwerken.
Spreker begrijpt, dat de heer Hulshof en de heer Traets een
modulatie willen op het voorstel van de heer Coppens nl
het instellen van een commissie, die gaat bekijken in welke
gevallen een schadevergoeding moet worden verleend.
De heer van Steen zegt met betrekking tot de opmerking van
de voorzitter over het risico van de ondernemer in geval
van schade bij de aardappel- en bietenoogst, dat dit af
hankelijk is van het weer en niet van de medemens, zoals
bij schapen het geval is.
Spreker citeert uit een brief van de verzekering van de
Rabobank over de verzekering van schapen, dat dit zelfs op
onderlinge basis niet mogelijk is.
-26-