-6- buiten de kom grote wijken zouden komen. Als dat het geval zou zijn, dan zullen er in die wijken natuurlijk ook winkels moeten komen. Dit is momenteel niet nodig. De heer de Visser vraagt of, wanneer de raad besluit tot wijziging van de bestemming van het pand van van der Giesen, en de heer van der Giesen zou b.v. volgend jaar ter plaatse weer een garagebedrijf willen beginnen, de raad dit dan kan verbieden. De voorzitter antwoordt ontkennend. Alsdan geldt nog een overgangsbepaling. Hij herhaalt, dat uit een deskundig ad vies is gebleken dat een volwaardig garagebedrijf ter plaatse niet mogelijk is vanwege ruimtegebrek. Er is totaal geen parkeerruimte. De heer Hulshof zegt, dat het college een gesprek heeft ge voerd met Schuitema. Hij vraagt of door Schuitema is ge steld dat wanneer aan van der Giesen toestemming wordt verleend, deze maatschappij de gereserveerde grond niet meer wil hebben of dat er andere factoren een rol spelen. De voorzitter antwoordt, dat dit niet het geval is. De heer de Visser herhaalt nogmaals, dat hij geen verband ziet tussen de zaken van Schuitema en van van der Giesen. De voorzitter heeft in zijn toelichting ook gezegd, dat er geen verband is, maar spreker maakt uit die toelichting op, dat er wel verband bestaat. De voorzitter antwoordt, dat dit samenhangt met de ervaring in het kontakt met de provincie over de winkelvoorziening in de gemeente. De heer de Visser vindt dit geen zaak van de provincie, maar van de gemeente. Getracht is steeds om in de kern winkels te bouwen en omdat dit eerst niet wilde lukken is er toe overgegaan om ook woningbouw toe te staan. Door de provincie is het distributie-planologisch onderzoek geëist, wat de gemeente veel geld kost. De voorzitter merkt op, dat tot de zorg van een gemeentebe stuur ook de middenstand behoort. Er zijn voorbeelden, dat door het beleid van het gemeentebestuur, de middenstand de dupe is geworden. Dat moet voorkomen worden. Ook uit het overleg met het CIMK is gebleken, dat het ge meentebestuur een voorzichtig beleid moet voeren, zulks met het oog op de middenstand. De heer de Visser vindt het gevaarlijk om zich als gemeente bestuur te bemoeien met de economische aspecten van de middenstand. Het is al gebleken, dat hoe meer winkels bij elkaar, hoe beter de verkoop is. Dit is echter een punt wat de middenstand zelf moet beslissen. Spreker gelooft niet, dat het gemeentebestuur de ondernemers moet gaan beschermen tegen zichzelf. Concurrentie werkt primair in het belang van de middenstand. De heer Hulshof herhaalt zijn vraag over het door Schuitema gestelde ultimatum. In de brief van het college staat n.l. dat het van belang wordt geacht, dat er een tweede super markt komt. De voorzitter zegt, dat Schuitema zijn pand zal bouwen, onge acht de beslissing van de raad. Zonder hoofdelijke stemming wordt het prae-advies om het voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan "Oranje- wijk" terug te nemen, aangenomen. -7-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1978 | | pagina 52