-8-
400.000,Om tot een redelijke verdeling te komen,
zouden dan de reinigingsrechten met 100% verhoogd moeten
worden. De opbrengst is dan 200.000,en uit de alge
mene middelen moet dan ook nog een bedrag van 200.000,-
betaald worden.
Voor de gemeenten Steenbergen en Nieuw-Vossemeer geldt
hetzelfde. De 3 gemeenten hebben danook ernstige bezwaren
gemaakt bij gedeputeerde staten tegen het niet-afgeven
van de vergunning.
De voorzitter vervolgt, dat de heer Brugman in een bepaalde
bespreking zich open gesteld heeft voor het vinden van een
oplossing in deze zaak voor alle West-Brabantse gemeenten.
Daarop is een commissie in het leven geroepen, waarin
zitting hebben 2 personen uit het streekgewestenkele
ambtenaren uit de gemeenten Roosendaal en Bergen op Zoom en
een vertegenwoordiger uit de betrokken gemeenten Steenbergen
Nieuw-Vossemeer en Dinteloord. Hiervoor is aangewezen de
heer Huissoon uit Steenbergen.
Spreker is gelukkig met deze commissie. Deze commissie heeft
opdracht dit jaar haar werk te voltooien en met voorstellen
te komen.
De voorzitter verwacht, dat een redelijke oplossing uit de
bus zal komen.
Hij vervolgt, dat wanneer de gedeputeerde op zijn standpunt
blijft staan, de gemeente voor hoge kosten komt te staan.
Wanneer de regeling tussen de 3 gemeenten opgeheven wordt,
dan zijn ook hieraan nog kosten verbonden. Hij denkt b.v.
aan de in 1977 gekochte verdikkingsmachine, die door de 3
gemeenten gezamenlijk is betaald.
Spreker vindt het wonderlijk, dat gedeputeerde staten nu zo
aandringen op aansluiting bij Roosendaal, terwijl vorig jaar
nog goedkeuring is verleend voor het krediet voor een
verdikkingsmachine
Hierna worden de ingekomen stukken zonder hoofdelijke stem
ming voor kennisgeving aangenomen.
®[JZIGING
GEMEENTE
BEGROTING
1977.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
van de gemeente-begroting, dienst 1977 (52, 53, 54, 55).
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
SUBSIDIE 5. Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 februari
VROUWENRAAD 1978 om aan de Vrouwenraad "Dinteloord" voor het lopende
DINTELOORD. cursusjaar een subsidie te verlenen van 1.620,
De heer Sturris vraagt zich af of dit subsidie nog wel nodig
is. Uit het prae-advies blijkt, dat er bij de aanvang van de
cursus op 4 november 1977 160 deelnemers waren; op 1 januari
1978 waren dat er 108. Een terugloop dus van bijna 1/3 ge
deelte. Wanneer dit verloop zo doorgaat, dan is subsidie
zijns inziens niet meer nodig.
De heer Boluijt kan zich met dit voorstel verenigen. Hij
vraagt hoe het staat met de plannen voor ontwikkelings- en
vormingswerk.
Met betrekking tot de opmerking van de heer Sturris, ant
woordt de voorzitter, dat de narigheid juist is ontstaan,
doordat een aantal cursisten zich heeft teruggetrokken.
-9-