-3- w. een door gedeputeerde staten van Noord-Brabant goedge- keurd raadsbesluit d.d. 24 januari 1978, tot verkoop van een perceeltje grond aan C.G.Mol te Dinteloord. De heer de Visser heeft bij de ingekomen stukken een verzoek van enkele bewoners aan de Steenbergseweg en aan het Zuid einde aangetroffen, om een uitweg via het terrein van het gezondheidsgebouw. Hij heeft indertijd met enkele bewoners gesproken. Spreker begrijpt het antwoord van burgemeester en wethouders. Hij vindt het verzoek van deze mensen echter niet onbillijk. Volgens hem is er al een precedent geschapen, omdat aan één bewoner een uitweg is verleend. Zakelijk ge zien, acht spreker het juist om dit verzoek aan te houden, gezien de drainageplannen voor die wijk, zoals uit het inves teringsschema blijkt. Wanneer deze plannen worden uitge voerd, kan opnieuw bekeken worden of er een mogelijkheid is om een uitweg te maken. De heer van Steen zegt het volgende: "Eveneens ligt er bij de ingekomen stukken een briefwisseling "tussen de gemeente enerzijds en de bewoners van de Steen- "bergseweg en het Zuideinde anderzijds, over de ontsluiting "van de tuinen en achtererven via het pad naast het gezond- "heidsgebouw. "Dit is afgewezen omdat de bestemming van gronden rond het "gezondheidsgebouw niet genoegzaam bekend is. "In de gecombineerde vergadering van de commissie financiën "en de commissie openbare werken is er overeenstemming be- "reikt over het prioriteitenschema van de in 1978 te ver dichten investeringen in onze gemeente en één van deze "punten is het dempen van de sloten ten westen van de Steen- "bergseweg enz. "Dit nu, mijnheer de voorzitter, schept voor de gemeente "alsmede voor genoemde bewoners thans meer perspectief. "Immers de bewoners willen hun auto's onderbrengen in garages "en de gemeente is blij, dacht ik, dat die auto's van de "straten verdwijnen, toch zeker van de smalle parallelweg, "want daar staan de meeste op het trottoir. "De noodzaak van de ontsluiting van tuinen en erven wordt "door u geacht college volledig onderkend, want wat is n.l. "het geval: ene mijnheer Bronk, ambtenaar van de provinciale "waterstaat is vergunning verleend om t pad naast het ge- "zondheidsgebouw over 15 m te verlengen, 'n duiker over "deze sloot te leggen en 'n garage te bouwen in zijn tuin; "eveneens is aan dhr. Kooistra vergunning verleend om 'n "garage te bouwen in zijn achtertuin, doch, wat heeft deze "man aan 'n garage wanneer hij niet met z'n auto in de tuin "kan komen? "Ik heb vernomen, dat de bewoners van de Steenbergseweg en "het Zuideinde bereid zijn een en ander zelf te doen en ik "verzoek u geacht college beleefd om de onderhandelingen "hierover weer te heropenen." De heer Hulshof zegt het volgende: "De briefwisseling en gesprekken met de heer Korte, namens "verschillende bewoners van het Zuideinde en Steenbergseweg, "mijnheer de voorzitter, is een wat onduidelijke zaak ge worden en waarom? -4-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1978 | | pagina 18