-32- Spreker meent dat de heer Hulshof het zo niet moet zien. Er wordt wel degelijk geluisterd en gereageerd, hetzij in negatieve, hetzij in positieve zin. De voorzitter zegt, dat wat de heer Hulshof meent naar voren te moeten brengen, dat hij dit moet doen. zonder op voorhand te denken dat het toch niets uithaalt. Hij gelooft dat dit uit een verkeerde gedachtengang opkomt en dit is ook niet goed voor het verder funktioneren in een ver tegenwoordigend college. De heer Hulshof zegt, dat zijn fraktie in het verleden diverse malen gesproken heeft over verbetering van woningen, het invoeren van een c.a.i. enz. Zijn fraktie heeft diverse teleurstellingen moeten incasseren bij de samenstelling van het college en de af vaardiging van het streekgewestZelfs de heer Sturris die met de P.v.d.A. altijd tegen het streekgewest was meende toch een andere weg te moeten bewandelen bij de afvaardiging naar het streekgewest door de P.v.d.A. niet te steunen om hierin zitting te nemen. Voor spreker betekent dit, dat bepaalde personen iets hebben tegen de P.v.d.A.-fraktie in de raad. De voorzitter zegt, dat de vraag van de P.v.d.A-fraktie om een vragenhalfuurtje in te stellen voor het publiek, ertoe heeft geleid dat de mondelinge rondvraag weer is ingesteld. Hij meent dat dit in het straatje van de P.v.d.A. is. De heer Hulshof zegt, dat bij het afschaffen van de mondelinge rondvraag zijn fraktie destijds hiertegen een uitvoerig betoog heeft gehouden, maar kreeg ook toen geen steun van de overige raadsleden De voorzitter antwoordt, dat de heer Hulshof nu die steun wel gekregen heeft. Spreker vindt het een goede zaak als het mogelijk zou zijn om een periodieke uitgave voor de bevolking samen te stellen. Het college zal de mogelijkheid hiervan onderzoeken. Ook dit vindt hij een zinnig voorstel van de P.v.d.A.-fraktie De voorzitter zegt vervolgens dat de heer Hulshof de gemeente lijke en landelijke politiek door elkaar haalt. Op de Vraag hoe groot de mindere uitkering uit het gemeentefonds in verband met bestek 81 is, kan hij danook geen antwoord geven. Momenteel is bekend hoe hoog die uitkering ongeveer is. Maar hoe hoog die uitkering zou zijn geweest, als er geen ombuiging nodig zou zijn geweest, is niet bekend. De heer Hulshof interrumpeert de voorzitter en zegt, dat hij dit niet heeft gevraagd. Zijn vraag was of er rekening mee gehouden was dat de verhoging 2,35% is in plaats van 3,5%. De voorzitter antv/oordt, dat in de begroting het bedrag is opge nomen, hetwelk door de minister enkele maanden geleden Vs opge geven Voorts zegt hij, dat de heer Hulshof verband legt tussen de re organisatie van de reinigingsdienst en het voorstel om de reini gingsrechten met 3,5% te verhogen. Die 3,5% verhoging is een normale trendmatige verhoging, die noodzakelijk is in verband met hogere kosten, inflatie e.d. Omdat nu nog niet bekend is hoe straks de reinigingsdienst zal gaan werken, kan daarop nog geen verhoging worden toegepast. Over de reorganisatie moeten nog besprekingen worden gevoerd en wanneer deze zaak rond is, dan zal dit waarschijnlijk beteke nen dat in de loop van het volgende jaar de tarieven struktureel moeten worden aangepast. -33-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1978 | | pagina 183