-11- het jammer dat hierover een misverstand is gerezen. De heer Sturris merkt op, dat hij in de laatste commissie vergadering geen gewijzigd plan, maar een bestaand plan heeft gezien. De heer van Steen zegt, dat de commissie vorig jaar de schets heeft gezien waarop het verhuurde gedeelte stond. Deze heeft de heer Sturris niet gezien, omdat hij toen nog geen lid van de commissie openbare werken was. In de laat ste vergadering heeft de commissie een gewijzigd plan ge zien, waarop de grenzen staan aangegeven. De voorzitter antwoordt, dat de schets, die heer Maris zou moeten hebben ontvangen, ook vorig jaar in de commissie vergadering is getoond. Spreker begrijpt de heer Maris niet. Bij brief van 10 augustus 1977 is aan de heer Maris medegedeeld, da_t het de grond college voornemens was om de raad voor te stellen/"aan hem te verkopen konform de voorwaarden, vermeld in het bijge voegde ontwerp-raadsbesluitIn dit besluit stond ook de prijs vermeld, welke niet in de brief stond. Spreker vindt het logisch, dat iemand die grond koopt, eerst de verkoop voorwaarden wil weten en toch zeker de prijs. In dezelfde brief wordt gesproken over de bijgevoegde situatieschets. Ook deze zou volgens de heer Maris ontbroken hebben. De voorzitter vindt het een wonderlijke zaak, dat de heer Maris nu pas reageert in plaats van vorig jaar. De heer Maris heeft de voorzitter een kaartje getoond, waarop vermeld stond dat dit behoorde bij de tussen hem en de gemeente gesloten huurovereenkomst. De heer Hulshof vindt het jammer, dat er 3 beroepschriften in de raad behandeld worden. De betrokken personen kunnen zich niet verweren. Hiermee wil spreker niet zeggen, dat hij geen vertrouwen in het college en de heer van Boven heeft. V/anneer de heer Maris zich in de raadsvergadering zou kunnen verdedigen, zou de raad misschien tot een andere konklusie kunnen komen. De voorzitter herhaalt, dat vorig jaar grond is verkocht aan de heer Maris. Nu pas, een jaar later, beweert de heer Maris dat hij de verkoopvoorv/aarden en de situatieschets niet heeft ontvangen. De voorzitter zegt, dat de heer Maris vorig jaar, onmiddellijk na ontvangst van de brief, had moeten reageren. Bovendien was het perceel grond dat de heer Maris huurde, groter dan het verkochte perceelsgedeelte van 400 m2 Dat had hem ook al op het idee moeten brengen dat er iets veranderd was. Het perceel is verkocht op grond van het bestemmingsplan, welke tekening de heer van Steen waarschijnlijk heeft gezien. De spie die de heer Maris erbij wil hebben, is bestemd voor garagebouw. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel aangenomen. -12

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1978 | | pagina 143