Na enige tijd heeft hij toen alsnog verzocht om verlen
ging van de termijn. Het college heeft toen de termijn
met zes maanden verlengd tot 1 november 1976. Het col
lege heeft de bevoegdheid om éénmaal de reserverings
termijn te verlengen. Deze verlenging geschiedt voor
dezelfde prijs, omdat het college geen bevoegdheid
heeft om de prijs te v/ijzigen.
Vorig jaar is de grondprijs door de raad vastgesteld op
80,- per m2Wanneer de heer Kobus was gaan bouwen
in de periode 1 november 1975-1 november 1976 en het
verkoopbesluit was genomen, dan had de i^aad de prijs
van 72,89 moeten nemen. Nu is er echter geen reser
vering, want de heer Kobus is gaan bouwen, toen de re
serveringstermijn van een jaar verlopen was. Dit is dus
een geheel nieuwe situatie en de raad moet nu besluiten.
Het college heeft de prijs van 80,per m2 gesteld,
zoals die vorig jaar door de raad is vastgesteld.
De heer van der Wiele vraagt of de reserveringstermij
nen aaneensluitend zijn geweest.
De voorzitter antwoordt, dat nadat de eerste termijn op
1 mei 1976 was verlopen, de heer Kobus nog geen plannen
had ingediend. Enige tijd later vroeg hij om verlenging
en die is hem verleend, aansluitend op de vorige termijn
n.l. van 1 mei 1976 tot 1 november 1976.
De heer Bierkans voegt hieraan toe, dat ook de tweede
termijn al was verlopen, zender dat de heer Kobus zijn
plannen had ingediend. Aan hem is toen verzocht om met
zijn bouwplan te komen, en het is door eigen toedoen,
dat hij nu de verhoogde grondprijs zal moeten betalen.
De heer Sturris begrijpt uit het betoog van de voorzit
ter, dat er geen reservering meer is. Hij vraagt of de
heer Kobus nu wel of niet aan het bouwen is. Het is
toch niet mogelijk om te bouwen als er geen grond gere
serveerd is.
De heer Bierkens herhaalt, dat na het verlopen van de
tweede reserveringstermijn de heer Kobus is verzocht om
indiening van zijn bouwplan, met de waarschuwing erbij,
dat anders niet meer gebouwd kon worden omdat er geen
reservering meer was.
In december heeft de heer Kobus een schetsplan ingediend
en toen heeft het nog enige tijd geduurd, voordat het
definitieve bouwplan er was en met de bouw is begonnen.
De heer Kobus heeft zeer traag gewerkt, waarschijnlijk
in zijn eigen voordeel.
De heer Sturris merkt op, dat de heer Kobus de grond
prijs had moeten weten, voordat hij ging bouwen. Spreker
vindt het een kwalijke zaak, dat dat achteraf is medege
deeld aan de heer Kobus.
De heer Buscop zegt, dat inmiddels het besluit door de
raad was genomen om de grondprijs te verhogen tot
80,per m2. De percelen die naast dat Van de heer
Kobus liggen, worden ook verkocht voor 80,per m2
De voorzitter merkt op, dat het eerste schetsplan in
september 1976, dus binnen de termijn, is ingekomen,
maar het werd door de welstandscommissie van het bouw
toezicht afgekeurd.
De heer Vriens concludeert, dat het bouwplan technisch
niet uitvoerbaar was.
De voorzitter antwoordt, dat het schetsplan niet in
overeenstemming was met de bouwverordening.
-10-