De voorzitter stelt voor om bij de behandeling van de rond-
vraag het verzoek van de heer Hulshof om een verslag van
de door hem bijgewoonde gewestraadsvergadering uit te
brengen, aan de orde te stellen.
De heer van Steen vraagt naar het advies van burgemeester
en wethouders, behorende bij het subsidieverzoek van de
Ned. Verg. tot bescherming van Dieren.
De voorzitter antwoordt, dat dit verzoek in de vorige ver-
gadering is behandeld. Omdat bij stemming, de stemmen
staakten, moest dit voorstel opnieuw aan de orde worden
gesteld in een volgende vergadering. Burgemeester en wet
houders handhaven hun voorstel en verwacht wordt derhalve,
dat de raadsleden dit stuk nog in hun bezit hebben.
De heer Sturris heeft, evenals de heer Hulshof, gelezen
over de huurschuld van één bewoner. Hiervoor is vonnis
gevraagd en spreker vraagt of dit op kosten van de gemeen
te gebeurt.
De heer Buscop antwoordt, dat de kosten ten laste van de
gemeente komen, doch civielrechtelijk op de huurder kunnen
worden verhaald.
voorzitter antwoordt, met betrekking tot de vraag over
kalkarheffing, dat door de minister advies is gevraagd aan
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, welk advies aan^
de gemeenten zal worden toegezonden. In afwachting van dit
advies wordt thans voorgesteld, om deze motie voor kennis
geving aan te nemen en dus thans niet te behandelen.
De voorzitter zegt voorts toe, dat de bouwverordening aan
de leden van de raad zal worden toegezonden,
De heer Bierkens zegt, dat het bekend is, dat bij enkele
bewoners een huurachterstand is opgetreden. Hij vervolgt,
dat, wanneer een huurachterstand van 2 k 3 maanden is
ontstaan, het gemeentebestuur noch het bestuur van de
bouwvereniging aarzelt om over te gaan tot een civiele
vordering via de gerechtsdeurwaarder. Dit brengt voor de
betrokkene extra kosten met zich mee, maar het is toch de
enige manier.
Spreker zegt, dat er nu een geval is, wat te ver is ge
gaan.
Hij verwacht danook, dat binnen enkele weken tot uitzet
ting zal worden overgegaan. Dit moet echter 3 maanden van
te voren aan betrokkene worden medegedeeld.
Het gemeentebestuur heeft al het mogelijke gedaan om deze
zaak te regelen, maar dit is niet mogelijk gebleken.
De heer Bierkens zegt, dat het hier gaat om één persoon en
dat met de anderen een regeling is getroffen.
De heer Hulshof is er niet voor om de bewoners er dirckt
maar uit te zetten. Hij zou eerst willen proberen om een
regeling te treffen, desnoods een wekelijkse betaling.
De heer Bierkens zegt vervolgens, dat de kosten, verbonden
aan een uitzetting of gerechtelijke invordering van achter
stallige huur in eerste instantie voor rekening van de ge
meente komen, maar worden verhaald op de bewoner.
Zonder hoofdelijke stemming worden de ingekomen stukken
hierna voor kennisgeving aangenomen.
Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 janu
ari 1976 om adhesie te betuigen aan het besluit van de
raad der gemeente Rijsbergen inzake opheffing kleinere
gemeenten in het kader van het koncept-ontwerp van Wet
reorganisatie binnenlands bestuur.
De voorzitter merkt op, dat deze adhesiebetuiging niet be-
tekentdat men zich verzet tegen elke opheffing van ge
meenten. Het gaat hier om het feit, dat alle gemeenten met
-5-