-14- RONDVRAAG. BEANTWOORDING 21.Van de heer Hulshof is, namens de P.v.d.A.-fraktie, de SCHRIFTELIJKE navolgende vraag ingekomen: "Mijnheer de voorzitter, "In de raadsvergadering van 25 maart 1975 werd besloten een "krediet van 73.000,te voteren in verband met het aan brengen en vernieuwen van de elektrische bedradingen in "80 woningwetwoningen. "Per 1 april 1975 werd aan de huurders van deze woningen "een huurverhoging van 8opgelegd, terwijl men wist, dat "er ernstige gebreken aan deze woningen waren. Immers als "de elektrische bedrading is afgekeurd, is dat een ernstig "gebrek. Tot op heden is er aan deze zaak nog niets gedaan, "hetwelk betekent, dat de gebreken nog steeds niet zijn op gelost. "Onze vraag is danook: Is het college weer van plan voor "deze woningen de 8$ huurverhoging per 1 april a.s. toe te "passen? Zo ja! Is het niet beter de staatssekretaris van "volkshuisvesting te vragen een mindere huurverhoging op "deze woningen te mogen toepassen? "Graag willen wij u verwijzen naar het persbericht van deze "staatssekretaris, waarin hij aangeeft, dat, wanneer er "gebreken zijn en deze voorlopig niet opgelost worden, een "lagere huurverhoging mogelijk kan zijn." De voorzitter antwoordt het volgende! 1v Niet per 1 april 1975, doch per 1 juli 1975 is de huur verhoging met 8$ van het door de raadsfraktie van de P.v.d.A. bedoelde komplex woningen ingegaan. 2.Tegen deze huurverhoging is door enkele huurders bezwaar gemaakt, doch met een negatief resultaat. 3.Wij zijn voornemens om ook per 1 april 1976 de verplichte huurverhoging van 8op dit komplex van toepassing te verklaren. 4.Inderdaad vertonen de woningen het gebrek van een slechte 'elektrische bedrading. 5.Op grond van dit gebrek zou met vrucht een verzoek om een lager verhogingspercentage tot de staatssekretaris van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening kunnen worden gericht, indien de eigenaar der woningen in ge breke blijft om de tekortkomingen te verhelpen. Het is geheel juist, zoals de raadsfraktie schrijft,dat een lager percentage in beginsel wordt toegestaan "wan neer er gebreken zijn die voorlopig niet opgelost worden" Dit is echter hier niet het geval, want 6.Bij raadsbesluit van 25 maart 1975 zijn gelden gevoteerd om de gebreken op te heffen. Gedurende de periode van de kredietvotering en de daad werkelijke -uitvoering der plannen, zijn alle opgetreden storingen verholpen. In verband met het uitblijven van goedkeuring door de FNEM van het verbeteringsplan, kor de fa.Hoppenbrouwers eerst begin januari j.l. met het werk starten. Indien de voorstellen om de aangekondigde huurverhoging later te laten ingaan doorgang vinden, zal in het over grote deel van de woningen tegen die tijd de elektri sche bedrading vernieuwd zijn. 7.Op grond hiervan wordt niet voldaan aan de voorwaarde "voorlopig niet opgeloste gebreken" en derhalve bestaan er geen termen om het verzoek om vaststelling van een lager percentage te doen uitgaan." -15-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1976 | | pagina 14