De heer de Visser merkt op, dat bij uitvoeringen 13 of 17
leden deelnemen. Er kunnen natuurlijk meer leden zijn, maar
een peloton bestaat altijd uit 13 of 17 personen. Er kunnen
natuurlijk meerdere pelotons zijn.
De heer Vriens vraagt of de Chr.Zangvereniging Deo Cantemus
pas is opgericht.
De heer Buscop antwoordt, dat deze vereniging bijna 2 jaar
bestaat. Er is een misverstand gerezen bij de bevolking,
omdat vaak gedacht wordt, dat het een kerkkoor is. Dit is
echter niet het geval. Deze zangvereniging is voor ieder
een toegankelijk.
De heer Vriens zegt, dat in het verleden aan zangverenigin
gen subsidie werd verleend, als zij voldeden aan de voor
waarden, dat zij naar buiten optraden. Dit kan b.v. het
geval zijn bij de muzafeesten.
De voorzitter antwoordt, dat de zangvereniging Deo Cantemus
herhaaldelijk optreedt in kerken, bejaardentehuis e.d.
De heer Vri ens zegt, dat er nog twee koren zijn, die her
haal deli'olT^p^reden in de kerk; deze koren hebben ook kos
ten voor een dirigent en voor de aanschaf van muziekstuk
ken etc. Deze koren worden niet genoemd in het voorstel,
omdat er altijd vanuit is gegaan, dat koren die optreden
in kerken niet voor subsidie in aanmerking komen.
Het dameskoor, dat in de R.K.Kerk altijd de dienst opluis
tert, is ook geen kerkkoor in de feitelijke zin van het
woord. Spreker vraagt danook, of de zangvereniging Deo
Cantemus alleen in kerken optreedt.
De heer Boluijt merkt op, dat, wanneer deze vereniging
ergens anders uitgenodigd wordt, zij ook op andere plaatsen
zal optreden.
De heer Vri ens is het hiermee niet eens. De harmonie treedt
ook op naar buiten, zonder daarvoor gevraagd te zijn.
De heer Bierkens vindt een muziekvereniging niet te verge
lijken met een zangvereniging.
De heer Vri ens zegt, dat ook het dameskoor al diverse malen
in het bejaardentehuis is opgetreden. Hij zou danook de
verordening zodanig willen wijzigen, dat ook dit koor in
aanmerking kan komen voor een subsidie.
De voorzitter zegt, dat men van het willekeurig beleid van
subsidieverlening aan muziek- en zangverenigingen afmoet.
Daarom is nu een verordening ontworpen, welke het mogelijk
maakt om aan de hand van objektieve normen te bepalen welke
vereniging voor een subsidie in aanmerking komt.
Spreker wil daarom naar aanleiding van de woorden van de
heer Vriens eens nader bekijken of die twee andrne koren
onder deze normen vallen. Een bespreking met de besturen
van die koren lijkt hen daarom juist.
Ook de zangverenigingen, die nu wel onder deze regeling
vallen, zullen nog eens nader bekeken moeten worden of dit
wel terecht is gebeurd.
De bedoeling van deze verordening is om objektief te hande
len aan de hand van geldende normen. Wanneer gehandeld zou
worden zoals door de heer van der V/iele is gesuggereerd
n.l. alleen muziekverenigingen laten vallen onder de nieuwe
regeling en het subsidie voor koren elk jaar opnieuw te
bekijken, dan zou men weer belanden in een moeras van sub-
jektiviteit. Hiervan wil spreker af. Hij is van mening,
dat één lijn moet worden getrokken voor alle culturele
verenigingen in de gemeente.
Spreker zegt nogmaals, dat wanneer deze verordening wordt
aangenomen, de subsidies voor de zangverenigingen nog eens
uitvoerig moeten worden bekeken, evenals voor het majoret-
tenkorps.
-13-