-9- Maar toch zegt men, dat deze prognose slechts met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid juist is. Spreker begrijpt dit niet goed. Over de openbare school wordt niet gesproken en juist hier heeft een flinke groei plaats gevonden. Deze school zal uitge breid moeten worden, want hier zegt de praktijk, dat de school nog verder zal groeien. Maar met geen woord wordt hierover gesproken. Gesteld wordt, dat de situatie op de Chr.Nat.School is verbeterd en dat het in de toekomst wel beter zal gaan. Spreker zet hier vraagtekens bij. Men gaat er van uit, dat de ouders hun kinderen naar deze school zullen sturen en men houdt geen rekening met de ver anderde samenleving. Ook op de openbare school is plaats voor protchristelijke- en roomakatholieke kin deren. Het bewijs voor de r.k.school is er al. Het aantal leerlingen op deze school is teruggelopen, zo zelfs dat een onderwijzer moest worden ontslagen. Spreker meent, dat de gehele scholenkwestie in een commissie besproken moet worden en dat daarvoor danook een commissie moet worden ingesteld. Namens zijn fraktie, vraagt de heer Hulshof, om dit voorstel terug te nemen. Wanneer dit niet mogelijk blijkt, dan overweegt zijn fraktie, om tegen het voor stel te stemmen. De heer de Visser zegt, dat de prognose van 2 jaar ge leden van het stedebouwkundig bureau "Stad en Land schap" verouderd is. Daarin wordt het aantal leerlin gen op de openbare school gesteld op 58 en verwacht wordt, dat eerst in 1980 een derde lokaal in gebruik genomen zal worden. Dit is nu reeds gebeurd. Spreker zou graag een toelichting willen hebben op de ze prognose. De voorzitter merkt op, dat bij de stukken een prog nose is overgelegd van enkele weken geleden. Daaruit blijkt, dat het leerlingenaantal op de ChrNatSchool tot 1982 nog wel omhoog zal gaan. Tot en met 1977 is de prognose gebaseerd op de nu al gerealiseerde ge- bocrtecijfers De heer Hulshof interumpeert de voorzitter en zegt,dat men uitgaat van de geboortecijfers en van het feit, dat de rooms-katholieken en de protchristelijken naar de desbetreffende scholen gaan en niet naar de open bare school. De voorzitter vervolgt zijn antwoord. Bij het vast stellen van de prognose wordt rekening gehouden met bepaalde factoren. Uitgerekend is hoeveel kinderen naar de christelijke scholen en naar de openbare school zullen gaan. Het is natuurlijk niet mogelijk om exact uit te rekenen wat die aantallen zullen zijn. Hier voor worden normen gebruikt, die algemeen gehanteerd worden. Tot 1980 en ook daarna nog, wordt een groei van de bevolking verwacht. Zoals de situatie nu is, is de Chr.Nat.School te klein. Momenteel wordt het vaklokaal en de gemeenschapsruimte als leslokaal ge bruikt. Dit zijn twee lokalen, die normaliter vrij moeten blijven. -10-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1975 | | pagina 9