-2-
e. een bij Koninklijk Besluit van 15 maart 1975 no.3 goed
gekeurde "verordening op de heffing van een vermakelijk-
hedenbelasting in de gemeente Dinteloord en Prinsenland';
feen schrijven van gedeputeerde staten van Noord-Brabant
d.d. 2 april 1975, waarbij zij machtiging verlenen tot
het doen van de kapitaalsuitgaaf ad 1.282.000,
ten behoeve van het bouwrijpmaken van gronden, gelegen
in het bestemmingsplan "OOST II";
g. een rapport van het centraal bureau voor verificatie en
financiële adviezen der V.N.G. d.d. 13 december 1974,
betreffende controle van de jaarrekening 1973 van de
"stichting bejaardentehuis Dinteloord";
h. besluiten van burgemeester en wethouders tot het garan
deren van geldleningen, ten behoeve van de aankoop van
een woning, aan te gaan door
G.J.van Gennip te Rotterdam
C.M.J.van de Kamp te Schelluinen
H.A.Wolff te Rotterdam
R.W.Verkaart te Rotterdam
J.P.Schortinghuis te Zwijndrecht
T.J.Verhaar te Hillegom
T.W.M.van Sambeeck te Tilburg
A.M.J.de Ridder te Dinteloord
H.W.van Hulst te Alblasserdam.
De heer Migchielsen zegt niet te hebben begrepen, wanneer
en waar de telefooncel in plan "Oost" geplaatst zal worden.
De voorzitter antwoordt, dat in het schrijven van de
direkteur van het telefoondistrikt Breda staat vermeld,
dat deze te zijner tijd een voorstel zal doen. Als het
lang duurt, zal aan de bel worden getrokken. Spreker zegt,
dat de telefooncel zal worden geplaatst als -f- gedeelte van
het bestemmingsplan Molenkreek is volgebouwd.
Zonder hoofdelijke stemming en met algemene (11) stemmen
X worden de ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen.
4&Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 april
1975 om de aan te leggen straten in plan West "Prins
Constatijnstraat" en "Prins Mauritsstraat" te noemen.
Zonder hoofdelijke stemming en met algemene (11stemmen
wordt het voorstel aangenomen.
SUBSIDIE ORANJE-5- Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 april
COMITÉ. 1975 om aan het Oranje-comité voor het jaar 1975 een extra
subsidie te verlenen van 1.000,ten behoeve van de
bestrijding van de kosten verbonden aan de organisatie van
Koninginnedag en bevrijdingsdag.
De heer Hulshof vraagt zich af of het wel nodig is om een
extra-subsidie aan het Oranjecomité te verlenen. Het
Oranjecomité heeft vooraf een begroting ingediend en later
nog één met andere bedragen. Spreker vindt het niet nodig
om, zoals de voorzitter het uitdrukte, "een appeltje voor
de dorst" te geven. Dit zou betekenen, dat gelden, voort
komende uit het subsidie, worden gereserveerd voor het
volgende jaar. De heer Hulshof is van mening, dat wanneer
het Oranjecomité dan geen geld heeft, opnieuw bekeken kan
worden of een subsidie verleend moet worden.
De heer Sturris zegt, dat, wanneer hij de punten 5,6,7 en
8 naast elkaar zet, hij de indruk krijgt, dat de vereni
gingen, wanneer zij een tekort hebben, maar bij de gemeen
te aankloppen.
STRAATNAAM-
GEVING PLAN
WjpT.
