Evenals de heren Sturris en de Feijter hebben gesteld,wil het college een begin met het instellen van commissies maken en in afwachting van de resultaten daarvan, thans nog niet overgaan tot benoeming van burgers. Later kan alsnog bekeken worden of er nog meer commissies moeten komen en of daarin leden uit de raad, dan wel leden buiten de raad zitting moeten nemen. Thans bestaat hieraan nog geen behoefte en spreker denkt niet, dat daardoor tot een betere besluitvorming zal worden gekomen. De voorzitter begrijpt de woorden van de heer van der Wiele niet, die zich afvraagt of er wel zo'n behoefte be— staat aan een commissie gemeentewerken en gemeentefinanciën, welke beide afdelingen in het verleden al uitvoerig zijn besproken. De heer van der Wiele had meer gedacht aan een commissie voor sociale zaken en voor huisvesting. De voorzitter antwoordt hierop, dat de zaken van openbare werken niet zijn afgedaan door een bespreking van de werk wijze van de dienst gemeentewerken. Een aantal zaken zijn met het oog op de instelling van commissies, achter gehou den, zaken die zowel in de commissie van openbare werden als van gemeentefinanciën aan de orde moeten komen. Het aantal zaken, waarvoor burgemeester en wethouders voorbe reidingen treffen, behoort grotendeels tot openbare werken of tot financiën. Spreker heeft nog nimmer vernomen, dat er zo'n grote be hoefte zou zijn aan een commissie voor volkshuisvesting en voor sociale zaken. De voorzitter herhaalt, dat eerst moet worden afgewacht hoe de zaken gaan met de beide voorgestelde commissies. Later kan dan alsnog worden bezien of tot het instellen van andere commissies moet worden overgegaan. Spreker is het niet eens met de heer Hulshof om bindend voor te schrijven om éénmaal per maand te vergaderen. Er staat immers niets in de weg voor de commissie om daartoe te besluiten. De voorzitter begrijpt uit de woorden van de heer Sturris, dat hij de instelling van commissies niet zo noodzakelijk acht, maar dat hij, nu een voorstel wordt gedaan, daarmee wel kan instemmen. De heer Hulshof gelooft niet, dat de commissies zoveel geld gaan kosten, omdat hij verwacht, dat, gezien het voor stel van de commissie Merkx, hiervoor wel een vergoeding zal worden gegeven. Bovendien vindt hij het geen bezwaar, om na een korte raadsvergadering, een vergadering van de commissie te houden. Uit het rapport van de doorlichting van de dienst gemeente werken is gebleken, dat er veel werk te doen is. Spreker is daarom bereid om,wanneer het financieel te kostbaar wordt, belangeloos in de commissie plaats te nemen. Hij is blij met de instelling van de commissies. De voorzitter zegt, dat momenteel de zaken voor de raad worden voorbereid door burgemeester en wethouders. Met de instelling van commissies wordt beoogd, dat deze zaken vooraf besproken worden in een commissie, die een advies uitbrengt aan het college, zodat een meer verantwoord voor stel aan de raad wordt gedaan.De raadsleden zijn dan vooraf betrokken geweest bij de voorbereiding ervan.

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1975 | | pagina 53