"En het zal voor een ieder duidelijk zijn, dat dit nu
"reeds, maar straks zeker bij een groeiende gemeente als
"de onze, met een sterke wil om de haar toegewezen taak
"ook werkelijk zo efficiënt en krachtig mogelijk te vol
brengen, noodzakelijk zal zijn. Een simpele vergelijking
"met gemeenten van dezelfde omvang, die in gelijke om-
"standigheden verkeren, maakt dit duidelijk.
"Niet uit modezucht, maar om de zaak zelve, meen ik
"enkele opmerkingen te moeten maken over het probleem:de
"gewestvorming, in 't bijzonder over de enkele maanden
"geleden verschenen koncept-struktuurschets voor de be
stuurlijke indeling.
"Uw raad zal overigens in zijn volgende vergadering ge
degenheid krijgen zelf het zijne over die struktuur-
schets te zeggen. Mijn opmerkingen nu mogen dienen als
"het presidentiele preludium op het in die vergadering
"ongetwijfeld vanuit uw raad opklinkende meerstemmige
"koorgezang.
"Allereerst moet mij dit van het hart. In Trouw/Kwartet
"van 22 januari j.l. las ik een artikel over een reaktie
"van Alfred Mozer (de voormalige kabinetchef van dr.S.L.
"Mansholt) "De oude E.E..G.-rot, die zegt te weten, dat
"de hele nota al niet meer ter discussie staat, besloot
enz.enz.".
"Dat "dat de hele nota al niet meer ter discussie staat"
"zit me danig dwars. Immers: als dat waar is dan betekent
"dat: ten eerste: dat dezer dagen door bestuurderen en
"ambtenaren van gemeenten veel tijd en energie (en ook
"geld) gestopt wordt in een overbodig en zinloos karwei;
"en ten tweede: dat men in den Haag kennelijk maar weinig
- zo niet in 't geheel geen - waarde hecht aan wat
"omtrent gewestvorming aan de basis - in de gemeenten -
"wordt gedacht.
"Men mag hopen, dat de heer Mozer maar wat gezegd heeft om
"zichzelf interessant en gewichtig te maken. Anders zou
"men nog gaan twijfelen aan de democratische gezindheid
"en het bestuursfatsoen van "den Haag".
"De heer Mozer die het - naar uit het zoeven gegeven
"citaat blijkt - met de in de nota vervatte aanpak van de
"problematiek der gewestvorming niet eens is, heeft in
"een open brief aan Kamervoorzitter Vondeling ongezouten
"kritiek geleverd op het woordgebruik in de nota. Hij
"heeft zich blijkbaar bijzonder geërgerd aan - wat hij
"noemt - de ambtelijke vaktaal in het stuk. Terecht?
"Niet terecht? Er worden inderdaad nogal wat vreemde
"woorden in het stuk gebruikt. Per slot van rekening is
""liet ook niet geschreven door de keukenmeid en handelt
"het niet over huis-, tuin- en keukenproblemen. Moet
"daarover nu zo luidruchtig en zo vanuit de hoogte de
"staf worden gebroken? Persoonlijk ben ik altijd meer ge-
"neigd naar de kant van de lezer te kijken en te zeggen:
"schaf je een goed woordenboek aan en zoek de vreemde
"woorden daarin maar op. Je leert zo vreemde woorden
"kennen en je steekt er ongetwijfeld ook nog wel wat meer
"van op. Dat is nivellering naar boven. De eventuele
"kortsluiting tussen auteur en lezer zit naar mijn idee
"ook niet zozeer in de vreemde woorden in een stuk als
"wel in de opbouw en de vormgeving ervan en in de daaraan
"ten grondslag liggende gedachtengang.
-5-
