Hij twijfelt danook aan de prognose van het Muzacomit
dat het aantal bezoekers even groot zal blijven.
De voorzitter antwoordt, dat op verzoek van het Muza-
comité zelf, dit voorstel aan de raad wordt gedaan.
Het comité schat het aantal bezoekers zodanig, dat
het van de meer-opbrengst nog een gedeelte kan beste
den voor de financiering der feesten.
De heer Hulshof zegt, dat wanneer de raad niet akkoord
gaat met dit voorstel, de raad het heeft gedaan en^het
college van burgemeester en wethouders buiten schoi.
blijft, omdat reeds in november 1974 vergunning is
verleend voor de Muzafeesten 1975»
De voorzitter is het hiermee niet eens. Het onderhavi
ge voorstel en de vergunning voor deze feesten zijn
twee aparte zaken. Het laatste is bovendien ook niet
de bevoegdheid van de raad.
De heer Sturris zegt, dat hij, evenals in het verle
den, zijn stem niet kan geven aan het voorstel. Hij
meent, dat men beter het boetekleed kan aantrekken,
in plaats van feest te vieren.
Ook de heer Vriens is het niet eens met de verhoging
van de toegangsprijzen. Spreker vindt het zeker niet
juist om dit te doen met als gevolg, dat het bezoekers
aantal lager zal zijn, maar de opbrengst groter. Ook
een grote en dure verloting om meer geld te verkrij
gen, "acht hij niet juist. Degenen die door de hoge
toegangsprijzen niet naar de Muzafeesten komen,
moeten dan zeker maar loten kopen, zodat het Muza—
comité toch rond komt.
Spreker kan zich niet met het voorstel verenigen.
De heer Migchielsen meentdat de zaak door de raad
verkeerd wordt uitgelegd. De Muzafeesten bestaan al
25 jaar en de organisatie hiervan kost handen vol geld.
Een gevolg is danook, dat de toegangsprijzen omhoog
moeten, maar dat wil zijns inziens niet zeggen, dab
daardoor de mensen worden geweerd om te komen. Ieder
is van harte welkom, maar daarvoor moet betaald wor
den. Men krijgt daarvoor een show te zien van de
bovenste plank.
De voorzitter zegt nogmaals, dat dit voorstel wordt
gedaan op verzoek van het Muzacomite. Ook wijst hij
erop, dat de kosten elk jaar stijgen.
De heer van Steen vraagt of het Muzacomite een begro
ting overlegt aan het gemeentebestuur.
De heer Hulshof merkt op, dat dit niet meer nodig is.
De heer de Visser zegt, dat altijd een begroting is
overgelegd
De heer Hulshof zegt, dat destijds^besloten is door
de raad, dat wanneer het Muzacomite een tekort heeft,
dit voor zijn rekening is, evenals wanneer het een
overschot heeft.
De heer de Visser beaamt dit.
Zonder hoofdelijke stemming en met algsmene stemmen
wordt het voorstel aangenomen, onder aantekening,
dat de heer Sturris geacht wenst te worden te hebben
tegengestemd.
-14-