-5- BOUW NOODLOKAAL CHRKLEUTERSCHOOL De heer Hulshof zegt, dat dit staat vermeld in het schrij ven van de werkgroep en dat zij werkt met subsidie van het rijk. Het is een erkende werkgroep. De voorzitter zegt, dat, wanneer bij de gemeente stukken aanwezig zijn, iedereen daar altijd kennis van kan nemen. Het is een moeilijke zaak om b.v. bij de minister van verkeer en waterstaat er op aan te dringen, dat hij meer stukken beschikbaar moet stellen voor werkgroepen. Hierna worden de ingekomen stukken zonder hoofdelijke stemming en met algemene (10) stemmen voor kennisgeving aangenomen. MEDEWERKING ART. 4.Een verzoek van het bestuur van de vereniging voor chris- 50 K.O.WET T.B.V. telijk kleuteronderwijs om medewerking ingevolge artikel 50 der Kleuteronderwijswet, voor de bouw van een noodlo- kaal. De heer van Steen vraagt of het mogelijk is om het nood lokaal, wanneer dit niet meer nodig is, te verkopen. De voorzitter antwoordt hierop bevestigend. De heer van Steen heeft begrepen, dat het lokaal niet mag i blijven staan. De heer Boluijt merkt op, dat het lokaal voorlopig 25 jaar zal blijven staan, omdat het in 25 jaar wordt afge schreven. De heer Buscop zegt, dat wanneer de kleuterschool dit lokaal niet meer nodig heeft, het lokaal ook voor andere scholen gebruikt kan worden. Zonder hoofdelijke stemming en met algemene (10) stemmen wordt hierna het voorstel aangenomen. BENOEMING LID 5. Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 8 okto- BN PLV.LID WOON- ber 1974 om tot lid van het algemeen bestuur van het WAGENOENTRA WEST- lichaam "woonwagencentra West-Brabant" te benoemen de BRABANT. heer H.D.W.Boven en tot plv.lid de heer G.H.Migchielsen. De heer Hulshof verwondert zich over deze voordracht. De heer Migchielsen zal de benoeming wel aannemen, maar zijn fraktie is toch niet gelukkig met de voordracht. Spreker vraagt of het niet beter was geweest om de fraktie te verzoeken een lid uit haar midden aan te wijzen. Dit verzoek had men ook kunnen voorleggen aan de andere raadsleden. De heer Hulshof vraagt, waarom de heer Buscop niet als reserve blijft staan en of dit soms niet interessant ge noeg is. Vervolgens vraagt spreker, waarom eerst de raadsvoorzix ter benoemd moet worden en daarna pas de reserve. Dit zou, zijns inziens, betekenen, dat het bestuur van het lichaam "woonwagencentra West-Brabant" weer uit burge meesters en/of wethouders zal bestaan. Spreker vraagt zich af, wanneer de raadsleden mondig geacht worden om in dergelijke besturen zitting te nemen. De heer Hulshof zegt voorts, dat zijn fraktie niet afwij zend staat tegenover deze voordracht, maar hij vraagt of in de toekomst een andere procedure gevolgd kan worden. De voorzitter antwoordt, dat de vergaderingen van dit lichaam meestal 's middags worden gehouden. Dit was ook het argument om deze voordracht te doen. De raad kan echter andere personen benoemen. -6-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1974 | | pagina 159