De heer de Visser zegt, dat het perceeltje grond niet te koop is aangeboden. Gevoelsmatig zou hij denken, dat de eigenaren van de belendende percelen de voorkeur moeten hebben. Door bijzondere omstandigheden, n.l. de bouw van de chaletwoningen, is dit perceeltje grond vrijgekomen. Vroeger was het zo, dat aan de eigenaren van de belenden de percelen een dergelijk stuk grond werd aangeboden. De heer van Steen vraagt of op het perceel een huis kan worden gebouwd. De voorzitter antwoordt hierop ontkennend. De heer van Steen merkt op, dat de grond werd gebruikt als toegangspad. Aan het bouwrijp maken zijn veel kosten ver bonden. De voorzitter zegt, dat het perceel geen waarde heeft voor de gemeente. De heer van Bezooijen wil hierop een garage' bouwen, maar daar heeft hij geen 2000 m2 voor nodig. Als voorwaarde is gesteld, dat hij het gehele per ceel moet kopen. Dat is ook mede de oorzaak van de lage grondprijs. De heer Hulshof vraagt of nagegaan is hoeveel onrendabele stukjes grond er nog zijn in de gemeente. Spreker vraagt of men geen precedent gaat scheppen, wanneer dit stukje grond wordt verkocht voor 2.000,Naar zijn mening zijn er wel meer onrendabele percelen, waarop geen wo ning kan worden gebouwd, maar wel een garage. Met betrek king tot korrekt zaken doen, zegt hij, dat er in het ver leden al meer discussies zijn geweest over de verkoop van grond aan de heer van Bezooijen. Voorgesteld werd toen om de grond te verkopen voor 35,per m2. Door de raad werd echter besloten om de prijs vast te stellen op 25,per m2. De heer van Bezooijen heeft die grond toch niet gekocht en de hele discussie was dus overbodig- Nu gaat men weer op een dergelijke manier zaken doen. Spreker weet, dat over het advies van burgemeester en wethouders gediscussieerd kan worden in de raad, maar meestal wordt het advies wel gevolgd. De heer Vriens is het met de andere leden eens, dat de prijs niet juist is. Hij vergelijkt dit met de situatie aan de Westgroeneweg. Als men daar een stukje grond wil kopen voor de bouw van een garage, biedt de gemeente dit aan voor de thans geldende prijs van 35,per ni2. Spreker vindt het daarom niet juist om het onderhavige perceel te verkopen voor 2.000, De heer Buscop zegt, dat dit perceel geen bouwgrond is, maar een verhard pad. De heer van Bezooijen moet 2000 m2 kopen om een garage te kunnen bouwen. De heer Vriens zegt, dat de bewoners aan de Westgroeneweg ook grond moesten kopen, die ze niet nodig hadden. De heer Bierkens antwoordt, dat die grond opgenomen was in de exploitatiekosten van de grond. Wanneer die grond voor b.v. 10,per m2 zou worden verkocht,dan bete kent dat de overige grond voor b.v. 40,per m2 moet worden verkocht. Wat betreft de opmerking van de heer Hulshof over nog aanwezige onrendabele percelen grond, zegt spreker, dat ook dan niet gesteld wordt dat daarvoor 35,per m2 betaald moet worden. De heer Hulshof zegt, dat men ook dan vervalt in de zaak van de bouwrijpe grond.Ook dan zal men ƒ.35,per m2 moe ten betalen,ook al is het een onrendabel perceeltje grond. -16-

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1974 | | pagina 148