-17 nemingen vestigen op plaatsen, waar zij volgens het be stemmingsplan vaak niet pasten. De heer Bierkens meent, dat wanneer nu toestemming gegeven wordt tot uitbreiding, de raad een precedent schept. Wanneer een landbouwer met zijn bedrijf stopt en de zaak verkoopt aan een niet-agrarisch bedrijf en deze hierin met een zaak begint, deze zaak zich ook zal gaan uitbrei den. Alsdan zal ook om toestemming worden gevraagd voor een uitbreiding en dan zal de raad dit ook moeten toe staan. De heer Bierkens vindt, dat de raad niet alleen moet kij ken naar dit geval. Dit is volgens hem, geen goed beleid. Men moet ook in de toekomst kijken en reed^claarmee reke ning houden. De heer Boluijt merkt op, dat wanneer de heer Bierkens bang is dat er in de toekomst meer industrievestigingen komen, het tijd wordt, dat wordt uitgezien naar een in dustrieterrein. De heer Bierkens zegt, dat het streekplan voor West- Brabant hierin voorziet. Daarin wordt het industrieterrein "Dintelmond" bij Pijnaart aangewezen, Dinteloord is aan gewezen als woongemeente De heer Boluijt zegt, dat werken en wonen altijd samen gaan. Nu in de landbouw niet zoveel werkgelegenheid meer is, moet worden gezocht naar andere wegen. Het is voor de bevolking belangrijk, dat zij in eigen gemeente werk kan vinden. De heer Bierkens is het daarmee wel eens, maar zegt, dat de raad dan een foutieve beslissing heeft genomen bij de vaststelling van het bestemmingsplan. De heer Hulshof zegt, dat er grond bij gekocht kan worden en daarvoor een nieuw bestemmingsplan kan worden gemaakt. De heer Bierkens zegtdat alle gronden in de gemeente al een bestemming hebben gekregen. Het is geen kwestie of de gemeente al dan niet eigenares van de grond is. Het is nu eenmaal niet mogelijk om grond van het grondge bied der gemeente Pijnaart aan te kopen. De heer Hulshof blijft er bij, dat er een nieuw bestem mingsplan kan worden gemaakt voor industrievestiging. De voorzitter zegt, dat gedeputeerde staten hieraan geen goedkeuring zullen verlenen, omdat dit niet past in het streekplan voor West-Brabant. De heer van der Wiele zegt, dat dit streekplan zal worden gewijzigd. De voorzitter is het hiermee wel eens, maar zegt, dat van hogerhand steeds stringenter te werk wordt gegaan bij de wijziging van bestemmingsplannen. De heer de Visser is het in grote lijnen wel eens met het pleidooi van de hea" Bierkens. De bedoeling van de bestem mingsplannen is, dat men, met de wet in de hand, de be bouwing en de groei van Nederland, binnen de perken kan houden. Volgens hem zijn de bestemmingsplannen er in prin cipe ook om gewijzigd te worden. De heer de Visser vraagt zich af, wat er van het bestem mingsplan overblijft, wanneer de overheid besluit dat de 2e nationale luchthaven in Dinteloord moet komen. Wat be treft het scheppen van een precedent, zegt spreker, dat de fa. Rijnberg er reeds was. Wanneer er nu nieuwe be drijven zich vestigen, zijn zij van te voren op de hoogte van de bepalingen van het bestemmingsplan. _1«_

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1974 | | pagina 132