Op het eerste verzoek van de stichting, waarin men om 3
cent per inwoner vroeg voor de financiering van de overleg-
en voorbereidingswerkzaamheden, is door burgemeester en
wethouders afwijzend beschikt. Dit had het college niet
moeten doen, aldus de heer van der Wiele.
Nu wordt bij brief van 5 januari 1973, een subsidie ge
vraagd van 7 cent per inwoner, omdat de voorbereidingstijd
van 4 maanden te kort zou zijn geweest.
In hun voorstel, zeggen burgemeester en wethouders, dat
zij het werkelijke nut en belang van deze stichting niet
zien. Spreker vraagt, waarom het college de verdere ont
wikkeling dan met belangstelling blijft volgen. Wat heeft
dit voor zin, als men aan de voorbereiding niet wil mee
werken.
De heer van der Wiele zegt verder goede herinneringen te
hebben aan "Bauvigne" te Breda, dat destijds cursussen
organiseerde
Het ministerie van C.R.M. en de provincie hebben reeds
subsidie toegezegd om dit experimentele samenwerkingspro—
jekt mogelijk te maken.
De stichting ervaart wel, dat het grote bezwaar is de
onbekendheid bij diverse instanties omtrent de bedoeling
van dit vormingswerk en dat in veel kringen nogal eens
wordt gedacht aan links gerichte akties tegen de overheid.
Dit is beslist niet het geval, aldus de heer van der Wiele.
Het doel van de stichting is om de mensen bewust te maken
van zichzelf en hun leefsituatie, door discussies en in
formatie
De heer van der Wiele stelt, namens zijn fraktie voor, om
alsnog het eerste verzoek in te willigen en aan de stich
ting een subsidie te verlenen van 3 cent per inwoner
De voorzitter acht het niet juist om aan deze stichting
een subsidie te verlenen. Het doel van de stichting is
niet bekend en spreker vindt het danook niet op de weg van
de gemeente liggen om hierin te subsidiëren. Deze stich
ting bekent geen kleur, aldus spreker.
De heer Hulshof vraagt, wat de voorzitter bedoelt met de
woorden "men bekent geen kleur". Spreker is van mening, dat
dit een "vrije" stichting is, waar iedereen terecht kan
voor het vormingswerk.
De voorzitter antwoordt, dat daardoor juist het doel van
de stichting niet bekend is en hij vindt het danook geen
taak van de gemeente om dergelijke aktiviteiten te steunen.
Bij het vormingswerk gaat men toch een bepaalde richting
uit. Het is niet mogelijk om daarbij neutraal te blijven.
De heer Hulshof zegt, dat in Nederland sinds 2 jaar de
stichting Burgerschapskunde" is. Deze stichting dringt er
op aan, dat de raadsleden zoveel mogelijk worden betrokken
bij het wel en wee van ons land. Niet alleen echter voor
de raadsleden, maar ook voor de burgers worden cursussen
gegeven. De heer Hulshof ziet ook bij de "stichting ter
voorbereiding van extra-muraal vormings- en ontwikkelings
werk in West-Brabant" mogelijkheden om zich op het gebied
van de burgerschapskunde te ontplooien.
De voorzitter acht dit nog geen reden om een subsidie te
verlenen.
De heer Hulshof en de heer van der Wiele vragen stemming.
