-2-
VOORLOPIGE 5
VASTSTELLING
GEMEENTE-RE
KENING 1972 EN
REKENING
WONINGBEDRIJF
1972/1973.
Ook de heer Sturris ziet nu het nut van dit bureau wel in,
nu blijkt, dat er 30 gevallen uit deze gemeente bij be
trokken zijn.
De heer Qoppens vraagt of deze gemeente belangen heeft bij
zowel het M.O.B. in Bergen op Zoom als bij het M.O.B. in
Roosendaal.
De voorzitter antwoordt hierop bevestigend. De mensen kun
nen een keuze maken uit deze twee bureaux.
De heer Coppens zegt, dat in de toelichting staat vermeld,
dat een aantal M.O.B.'s financiële steun van het rijk zul
len krijgen. Hij vraagtwaarom niet alle M.O.B.'s deze
financiële steun krijgen.
De heer Bierkens zegt, dat eerst bezien zal moeten worden
welke M.O.B.'s onder de A.W.B.Z. vallen. Dit zal geleide
lijk aan gaan, zoals ook bij andere regelingen het geval
is geweest. De M.O.B.'s zullen aan bepaalde voorwaarden
moeten voldoen, die door het rijk zijn vastgesteld. Het
rijk heeft dus een bepaalde tijd nodig om alle onderzoeken
te verrichten en om te bezien of de M.O.B.'s aan de ge
stelde eisen voldoen. Er zullen waarschijnlijk nu al
M.O.B.'s zijn, die onder de A.W.B.Z. vallen. De M.O.B.'s
in West-Brabant vallen er nu nog niet onder.
De heer Littooij zegt, dat in 1975 de M.O.B.'s waarschijn
lijk onder de A.W.B.Z. vallen. Het rijk neemt deze zaak
over en dan bestaat er voor de gemeente geen reden meer om
een aanvullende subsidie te verlenen. De minister heeft in
zijn schrijven vermeld, dat in 1975 een aantal M.O.B.'s
minder subsidie zullen krijgen dan voorheen en dat hij
daarom de provincies heeft verzocht om hun subsidies aan
de M.O.B.'s niet te staken. De reden, waarom een aantal
M.O.B.'s minder subsidie zullen krijgen, is niet vermeld.
Het komt dus hierop neer, dat in 1975 de gemeente geen
subsidie meer verleent. Het rijk subsidieert en in de
eventuele tekorten, geeft de provincie een aanvullende
subsidie
Zonder hoofdelijke stemming en met algemene (11) stemmen
wordt hierna het voorstel aangenomen.
Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 decem
ber 1973 om t.z.t. over te gaan tot voorlopige vaststel
ling van de gemeente-rekening 1972 en rekening woningbe
drijf, exploitatie jaar 1972/1973 en om deze rekening eerst
in handen te stellen van een commissie van onderzoek, be
staande uit de heren Sturris, Vriens en Hulshof.
De voorzitter vraagt of genoemde heren bereid zijn om in
de commissie zitting te nemen.
Zij antwoorden hierop bevestigend.
De heer Hulshof vraagt, wanneer deze commissie de rekenin
gen moet onderzoeken.
De voorzitter antwoordt, dat dit met de heer Verwijs,
comptabele der gemeente, zal worden geregeld.
Zonder hoofdelijke stemming en met algemene (11) stemmen
wordt het voorstel aangenomen.
-3-
M.