-8- "Voorts spijt het mij ook bijzonder, dat ik weer geen "cijfermateriaal van uwentwege heb mogen aantreffen, "waarin mij de totstandkoming van uw bod duidelijk, "respectievelijk aanvaardbaar wordt gemaakt. Wel is mij "de zeer onlangs toegezonden nota van de deskundige "Harte uit Osterhout, die de zaak voor de wed.van Eek "behandelt, ter inzage verstrekt, waarin deze tot een "bedrag van 120.000,-- komt, want ieder uitstel in "deze zaak maakt de prijs van wed.van Eek hoger, begrij pelijk. De berekening van de heer Harte om tot deze "ƒ.120.000,-- te komen lijkt mij zeker zeer aanvaardbaar "en zeer zeker, ik herhaal het weer: en zeer zeker zo- "lang u geen cijfers verstrekt, waaruit uw bod van 75.000,-wordt waar gemaakt. Mijnheer de voorzitter, "dit begint op een prestigekwestie te lijken en ik hoop, "dat ik daarmee de plarkmissla, maar tot heden kan ik "mij niet aan die indruk onttrekken, ik meen dat een "gemeentebestuur verplicht is zelfs de schijn van iets "dergelijks weg te nemen, maar helaas het komt voor, ik "hoop echter dat u de innerlijke kracht zult kunnen op brengen terug te komen op een eenmaal ingenomen stand punt. U begrijpt, dat ik nooit meewerk aan een ont- eigeningsprocedure waarvan u mij het ongelijk van de "tegenpartij zelfs niet hebt kunnen aantonen. "Wanneer ik zo verder in gedachten de verschillende "onteigeningen de revue laat passeren en ik zie dan b.v. "de onteigening van een veel kleiner pand, een veel "slechter pand, kleinere, slechtere woonruimte, de helft "van het aantal vierkante meters grond, een bedrijf waar "minder mensen in werken, maar welke onteigening toch "rond 120.000,ging kosten, dan vraag ik mij toch "af of hier niet met 2 weegschalen wordt gewogen, het "spijt me, mijnheer de voorzitter, maar ik kan me echt "nog niet aan die gedachte onttrekken. "Ook in het menselijk vlak wil ik deze zaak nog even "benaderen. We weten allen, hoe dit goed renderende be- "drijf in het verleden door vele klappen is getroffen, "eerst door het overlijden van A.van Eek, daarna het "toch ook, menselijkerwijze gesproken dan, het vroeg tijdige overlijden van W.van Nes, dan het zeer ontijdig "wegvallen door een ongeval van diens zoon Teunis en "als laatste dan het vroegtijdige overlijden van meester- "knecht C.van der Weele. Dit zijn voor dit bedrijf toch "wel bijzondere zware klappen geweest en dan nu ten- "slotte krijgt deze oude weduwe een onteigeningsprocedu re toegespeeld, zoiets als de trap na. Nee, mijnheer de voorzitterik lees in GODS WOORD: Gedenkt de weduwe "en de wees. Wanneer dat niet gebeurt dan zal het slecht "aflopen. Mijnheer de voorzitter, dit laatste is wel- "licht niet geheel vrij van sentiment, maar we zijn toch "allen mens en willen als zodanig behandeld worden en "dienen als zodanig te handelen. "Mijnheer de voorzitter, mijn slotkonklusie is: trek "deze zaak in, benader andermaal wed.van Eek, blijf niet "star vasthouden aan een eenmaal genomen standpunt, be handel met de nodige zakelijkheid en menselijkheid deze "kwestie en ze zal ongetwijfeld opgelost worden zonder "zulk een nadere onteigeningsprocedure. Ik dank u." De voorzitter antwoordt hierop, dat het geen prestige kwestie is geworden, want al deze aankopen worden behan deld door de "stichting adviesbureau onroerende zaken". De onderhandelingen met de heer van Harte, taxateur ven mevr.van Eek, verlopen erg moeilijk en traag. Deze sane ring is drie jaar geleden begonnen en thans zijn de on derhavige panden alleen nog overgebleven. Met alle eige naren worden de onderhandelingen op dezelfde wijze ge voerd. „9_,

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1971 | | pagina 68