-3-
w. Ter kennisneming een besluit van de minister van
volkshuisvesting en ruimtelijke ordening, dat de be-
woningstermijn van de noodwoningen Maycretestraat 4
t/m 18 (even) is verlengd tot 1 maart 1973;
x. Ter kennisneming de rekeningen over 1967, 1968 en
1969 van de dienst "Bescherming Bevolking", A-kring
Noord-Brabant-e
De heer Hulshof zegt, dat er bij de ingekomen stukken
een brief van mevr. Daleboudt-Epker is, waarin zij haar
teleurstelling uitspreekt over de wijze waarop zij door
het college is behandeld aangaande de verhuur van een
gedeelte van het gezondheidsgebouw voor het uitoefenen
van haar praktijk als vroedvrouw. Nu wordt er voorge
steld dit verzoek ter afdoening in handen te stellen
van het stichtingsbestuur. De heer Hulshof zegt wel van
mening te zijn, dat de verhuur van dit gebouw bij het
stichtingsbestuur berust, maar is toch ook van mening,
dat het gemeentebestuur hier veel aan kan doen. De ge
meenteraad besloot n.l. in zijn vergadering van 2 mei
1968 een krediet van 16.000,beschikbaar te stellen
voor het geschikt maken van een praktijkruimte voor een
tandarts. Aan de tandarts is dus wel een ruimte verhuurd
en de heer Hulshof is van mening, dat ook aan deze
vroedvrouw een ruimte beschikbaar gesteld moet worden.
Verder zegt de heer Hulshof, dat gedeputeerde staten aan
de raadsbesluiten tot het aanleggen van sportvelden,
reconstructie Westvoorstraataankoop grond van van
Strien en het aanleggen van het park, hun goedkeuring
hebben onthouden. Weliswaar is er wel goedkeuring ver
leend aan het raadsbesluit tot het aanleggen van de
Johan Willem Frisolaan, maar ook eerder genoemde voor
zieningen acht spreker urgent. In dit verband vraagt de
heer Hulshof of het college van burgemeester en wethou
ders voor deze voorzieningen al over een noodoplossing
heeft nagedacht. Ook vraagt spreker of, vooruitlopend
op te verstrekken vaste geldleningen, de Kreek niet
schoongemaakt kan worden en of er voor de jeugd een
terrein beschikbaar gesteld kan worden om te spelen en
of de bouw van een kantine niet gerealiseerd zou kunnen
worden met medewerking van vrijwillige enthousiaste
krachten. De heer Hulshof is van mening, dat er met een
regering die bezuiniging voorstaat, op korte termijn
geen goedkeuring verleend zal worden en vraagt voor deze
urgente voorzieningen een noodoplossing.
De voorzitter zegt met betrekking tot de brief van mevr.
Daleboudt-Epker, dat het bestuur van de stichting gezond
heidsgebouw nooit van deze mevrouw heeft gehoord. Verder
staat haar brief zo vol onjuistheden over o.m. de pro
vincie Noord-Brabant, dat je je echt afvraagt waar dit
vandaan komt. Bovendien is deze brief nog aan een ver
keerd adres gericht, n.l. aan de leden van de gemeente
raad, die met het verhuren van het gezondheidsgebouw
niet belast zijn.
Verder zegt de voorzitter, dat er reeds een vroedvrouw
in deze gemeente werkzaam is, die haar spreekuur in het
gezondheidsgebouw heeft en zegt dan ook verder geen aan
dacht aan dit schrijven te willen besteden. Het zal wor
den doorgestuurd naar het stichtingsbestuur.
De voorzitter zegt verder, dat het onthouden van goed
keuring aan diverse raadsbesluiten door gedeputeerde
staten niet komt, omdat de plannen niet goed zouden
zijn, maar dat het uitsluitend een gevolg is van de
centrale financiering. Maar, zo zegt de voorzitter, er
zijn nog twee mogelijkheden tot uitvoering van deze
plannen, n.l. het zelf financieren van die werken en het
feit, dat deze werken aangemeld zijn om uitgevoerd te
worden in D.A.C.W.-verband. -4-
