Een voorstel van burgemeester en wethouders van 4 juni 1971 om de door de gemeentebesturen van Etten-Leur en Oosterhout gevraagde adhesie aan hun streven om een ge westelijk orgaan voor geheel West-Brabant tot stand te brengen, niet te betuigen. De heer de Schutter zegt, dat de regio's Roosendaal en Bergen op Zoom toch meer betrekking hebben op praktische zaken, zoals o.a. de brandweer, de ambulancedienst enz. en dat de gemeenten Etten-Leur en Oosterhout toch meer een planning van de ruimtelijke ordening voor ogen heb ben. Spreker zegt, dat het voor onze gemeente eenvoudig is om "neen" hiertegen te zeggen, want wij liggen niet op de grens van een bepaald gebied of een bepaalde regio. In de grensgebieden zal overleg moeten plaats vinden. De voorzitter zegt, dat er thans een voorontwerp van de Gewestwet is. In de toekomst zal deze wet gerealiseerd moeten worden. Het gaat nu slechts om een gebiedsafbake ning en de inhoud van het gewest zal in de toekomst door de Gewestwet geregeld worden. Spreker zegt, dat de regio Roosendaal o.a. tot doel heeft haar "inhoud" op te bouwen. Dit betekent onder meer, dat verschillende gemeenten een territoir kiezen en dat de gemeenschappelijke regelingen daarin ondergebracht wor den. De voorzitter zegt, dat dit een natuurlijke groei is, want bij de reeds lang bestaande diverse gemeenschap pelijke regelingen zijn in vele gevallen dezelfde gemeen ten aangesloten. Deze gemeente is aangesloten bij de regio Roosendaal, omdat daar de banden het sterkst mee waren. Wanneer er nu een gemeenschappelijke regeling tot stand moet komen, zal getracht worden deze binnen de bestaande regio te houden. Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Wel zal er, zo zegt de voorzitter, overleg moeten zijn tussenab verschil lende regio's. De regio's zijn thans alleen nog maar een overlegorgaan, maar in de toekomst zal er naar een gewest raad gestreefd worden. De voorzitter zegt van mening te zijn, dat wat de gemeenten Etten-Leur en Oosterhout willen, momenteel een nog onhaalbare zaak is. De heer van der Wiele zegt hierover het volgende: "In de vergadering van 17 mei j.l. hebben wij reeds onze "voorkeur uitgesproken voor één gemeenschappelijk orgaan "in West-Brabant en wij kunnen danook geen goedkeuring "verlenen aan het voorstel van burgemeester en wethouders "De argumenten van burgemeester en wethouders vind ik "niet doorslaggevend. Er wordt o.a. gezegd: "De veelheid "van partners vertroebelt de problematiek en bemoeilijkt "besluitvorming". Dit kan natuurlijk wel, maar het be- "hoeft beslist niet, wanneer men de nodige voorbereiding "treft én het belang van West-Brabant ziet. Trouwens die "veelheid van gemeenten is reeds aanwezig als de regio's "Roosendaal en Bergen op Zoom samengaan. Bovendien is "het de bedoeling van Bergen op Zoom om enkele Zeeuwse "gemeenten aan te trekken. Dan is het toch logisch om de "regio Breda er ook bij te betrekken, omdat deze regio "ook deel uitmaakt van West-Brabant. "Ook uit de woorden van de voorzitters van de regio's "Roosendaal en Bergen op Zoom valt af te leiden, dat men "op lange termijn niet geheel afwijzend staat tegen een "gewestelijk orgaan. Ik vraag mij danook af, waarom dit "op lange termijn moet gebeuren, terwijl er zoveel plan- "nen en projekten op korte termijn de aandacht vragen, "o.a, uitbreiding Moerdijk, Reimerswaal en misschien "aanleg 2e nationale luchthaven. Deze vallen in een ge- "lijke periode en vragen de aandacht van geheel West- "Brabant en geen versnippering van regio's of bestuurs kracht

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1971 | | pagina 56