-5-
Dit zijn, zijns inziens, toch twee zeer urgente ge
vallen en hij hoopt, dat het college van burgemeester
en wethouders hiervoor alle aandacht heeft.
De hoer de Jong wenst als laatste spreker in eerste
instantie, niet moer in details te treden, doch wil
zich beperken tot het maken van dlgemene opmerkingen.
In de eerste plaats vraagt hij speciale aandacht voor
de woningbouw in de gemeente. Deze vervult hem met
grote zorg.
Voorts is de baatbelasting reeds ter sprake geweest
en hij vraagt of het college van burgemeester en wet
houders te zijner tijd met een voorstel wil komen.
De gemeente Dinteloord heeft als een der eerste ge
meenten, de begroting dienst 1969, aan de raad aange
boden en daarmede voldaan aan de bepaling in de ge
meentewet, dat de begroting vóór 1 september van het
jaar aan de raad moet zijn aangeboden.
De laatste jaren is in verschillende gemeenten met de
termijn, inzake de indiening en behandeling van de
gemeente-begroting, de hand gelicht. Dit kon ook niet
anders omdat de nodige gegevens, met name de uitkerin
gen uit het gemeentefonds, te laat bekend waren.
Gelukkig is dit nu verbeterd en dit heeft het tijdig
indienen van de begroting bevorderd.
Verschillende gemeenten, waaronder de gemeente Dintel
oord en Prinsenland, hebben dit jaar een sLuitende be
groting. Dit getuigt, aldus spreker, van een voorzich
tig financieel beleid. Wellicht hadden deze gemeenten
ook sluitende begrotingen, toen de geldstroom uit het
gemeentefonds vertraagd werd. Andere gemeenten hadden
moeilijkheden en konden hun begrotingen niet sluitend
krijgen. Ook dit is gelukkig veranderd. De uitkeringen
uit het gemeentefonds worden niet alleen tijdig be
kend gemaakt, maar zijn ook verhoo'gd. Het is dan ook
minder moeilijk een sluitende begroting samen te stel
len dan enkele jaren geleden. De centrale financiering
is er echter mede oorzaak van, dat de begroting slui
tend kan worden gemaakt. Hierdoor moeten n.l. vele
plannen blijven liggen, omdat er geen financierings
middelen aanwezig zijn. De uitgaven, waaronder rente
en aflossing, stijgen minder snel dan vroeger.
Een sluitende begroting is prachtig. Het betekent, dat
de gemeentelijke huishouding gezond is. Wanneer echter
de begroting sluitend wordt gekregen door middel van
een centrale financiering,dan wijst het erop, dat die
gemeentelijke huishouding toch niet zo gezond is. Dat
tot schade van de gemeenschap allerlei voorzieningen
moeten blijven liggen, is voor veel gemeenten, waar
onder onze gemeente, hèt grote probleem.
In de wereldhuishouding stijgt ook de vraag naar grote
re proporties. Ook daar is een vooruitgang te bespeuren.
De negatieve gevolgen van die vooruitgang zijn evenwel
van een enorme omvang. We zien, hoe de economische
mogelijkheden toenemen. Hoe onze productiviteit groeit.
Hoe de mens steeds meer tot stand brengt. De vruchten
van die vooruitgang komen evenwel aan een zeer klein
deel van de mensheid toe. Hoe ondanks al die econo
mische mogelijkheden de tegenstelling tussen rijk en
arm blijft bestaan. De rijken worden rijker, de armen
worden armer.
Wij zien, dat bij een technische vooruitgang, het
steeds opvoeren van do mogelijkheden ongekend zijn.
Tegelijkertijd zijn de verniotigingskansen van de
mensheid ongekend.
In ons land, maar ook daarbuiten, reageren vooral jon
geren op de mistoestanden van oorlog, armoede, honger
en discriminatie.
-6-