tkwtnnen du3'«
KUNDIG ADVIES
OVER PLANNEN
GEMEENTELIJKE
HERINDELING.
-4-
14,Een voorstel van burgemeester en wethouders van
22 mei 1968 tot het inwinnen van een deskundig advies
over de provinciale plannen voor de gemeentelijke
herindeling, waarbij de gemeenten Dinteloord en
Prinsenland, Pijnaart en Heijningen en Willemstad
zullen worden samengevoegd tot eon gemeente.
Alvorens de beraadslagingen een aanvang nemen, deelt
de voorzitter mede, dat het zijns inziens wenselijk
is dit punt van de agenda met gesloten deuren te be
handelen.
Hierna wordt de openbare vergadering geschorst en
worden de deuren gesloten.
NOTULEN van debesloten vergadering van de raad der
gemeente Dinteloord en Prinsenland, gehouden op
30 mei- 1968.
Aanwezig zijn de heren:
M.Sturris, H.Hack, P.Boluijt, F.Hulshof, P.Vlamings,
A. de Jong, G. de Schutter, I.Buscop, S.Bierkens en
J. de Visser.
Afwezig zonder kennisgeving: de heer A. van der V/iele.
Voorzitter: de heer Mr. H.Pop.
Zonder hoofdelijke stemming en met algemene (10)
stemmen wordt besloten het voorstel van burgemeester
en wethouders van 22 mei 1968 tot het inwinnen van
een deskundig advies over de plannen voor de gemeente
lijke herindeling met gesloten deuren te behandelen.
De voorzitter deelt mede, dat het voorstel van gede-
puteerde staten van Noord-Brabant tot samenvoeging
van de gemeenten Dinteloord en Prinsenland, Fijnaart
en Heijningen en Willemstad voor het college van burge
meester en wethouders aanleiding is geweest zich over
dit punt nader te laten informeren door het advies
bureau voor publiekrecht en administratie, gevestigd
te 1s-Gravenhage
De samenvoeging is voor de gemeente een zaak van het
allerhoogste belang en komt in feite neer op "to be
or not to be".
Uit dien hoofde verdient het alleszins aanbeveling
om zich te laten informeren door een deskundig advies
bureau.
Het zonder meer aanvaarden van een voorstel van ge
deputeerde staten tot samenvoeging, praktisch zonder
enige nadere toelichting ten aanzien van de bestuur
lijke aspecten, zou, aldus de voorzitter, een wonder
lijke zaak zijn.
Wanneer de raad te zijner tijd geroepen wordt zijn
oordeel hierover uit te spreken dient hij op des
kundige wijze te zijn voorgelicht door een onpar
tijdige instantie.
Alleen dan is hij in staat om een objectief oordeel
uit te spreken.
De heer Hulshof kan zich met de gang van zaken m.b.t.
de gemeentelijke herindeling niet verenigen.
Zijns inziens speelt de onderhavige kwestie zich af
tussen de colleges van burgemeester en wethouders van
de drie gemeenten en gedeputeerde staten.
De raden van de drie gemeenten zijn globaal hier
buiten gehouden.
Waarom is, aldus de heer Hulshof, ons niet de gele
genheid gegeven om in een gezamelijke vergadering van
de drie raden met gedeputeerde staten of een lid van
dit college van gedachten te wisselen.
-5-
t