-7-
Wordt deze grond verpacht, dan brengt zij op 250,
per haper jaar, waarbij de zakelijke lasten voor rekening
van de eigenaar komen. De netto-opbrengst zal 180,--
per ha per jaar bedragen. Dit betekent, dat de gemeente on
geveer 5?0 renteverlies heeft en dit verlies komt eerst goed
bij het uitruilen van de grond. De ideale ruilmogelijkheid
is 1 ha tegen 1 ha, doch de praktijk leert, dat men met een
grondverlies bij uitruil, rekening moet houden van 25 ft tot
33/k. De pachter is n.l, niet gedwongen tot ruil. Bij aan
koop c.q. onteigening wordt steeds de mogelijkheid tot
grondruil te berde gebracht. Dit moet men echter niet te
letterlijk nemen. Bij ruiling van 1 ha tegen 1 ha, wordt
het renteverlies van 5/ü verspeeld. Dit houdt een gekapita
liseerd bedrag van 12.000,in. Op dat moment kost
de grond reeds 30.000,-- per ha.
De heer Hack vindt het begrijpelijk van burgemeester en
wethouders, dat zij de mogelijkheid tot aankoop hebben
onderzocht, nu de grond vrijwillig aan de gemeente wordt
aangeboden.
Voordat hij zijn standpunt kan bepalen, vraagt hij:
1. voor hoeveel jaar verpacht de gemeente de grond.
2. kan er een verplichting aan de eigenaar/pachter worden
opgelegd om de grond in ruil te accepteren, wanneer de
gemeente op grond van een bestemmingsplan moet aankopen.
De voorzitter antwoordt, dat het burgemeester en wethouders
bekend is, dat het"adviesbureau onroerende zaken geen
semi-overheidsinste Hing meer is. Aan dit bureau zijn een
aantal deskundigen verbonden. Hun werkwijze is echter de
zelfde gebleven. Derhalve was er voor de gemeente geen aan
leiding om te veranderen van adviesinstantie. Het biedt
vele voordelen om bij dezelfde deskundige te blijven, om
dat deze alles afweet van de prijzen, die in de gemeente
gelden
Indien de gemeente eigenares is vnn de grond, wordt deze
verpacht van jaar tot jaar, met een speciale goedkeuring
van de grondkamer.
Hierdoor voorkomt men een dubbele betaling van pachters-
schade.
De stelling van de heer de Schutter, dat de pachters steeds
om vervangende grond vragen, is ook de ervaring van het
gemeentebestuur. In allerlei toonaarden beklagen zij zich,
dat grond van hen wordt afgenomen.
Inderdaad is een pachter niet verplicht om vervangende
grond te accepteren, maar wel zal de aanwezigheid vnn ver
vangende grond de onderhandelingen vereenvoudigen.
Alhoewel de gemeente uit het aanbod van vervangende grond
geen winst zal maken, doch veeleer verlies zal leiden, zien
burgemeester en wethouders het meer als een morele/sociale
verplichting ten opzichte van de pachter wiens grond wordt
ontnomen en aan wie geheel of gedeeltelijk de broodwinning
daardoor wordt ontnomen. De aankoop der grond is beslist
niet bedoeld als geldbelegging of als speculatie. De moge
lijkheid is echter niet uitgesloten dat bij aanbod een
acceptatie van vervangende grond, de gemeente niet meer een
enorme pachtersvergoeding zal behoeven te betalen. Indien
burgemeester en wethouders in hun voorstel ook de morele
en sociale kant hebben verdisconteerd, kan de heer de
Schut te r met het voorstel akkoord gaan, ondanks het feit,
dat het de geme ente te allen tijde geld zal gaan kosten.
Op verzoek van -de heer Hack deelt de voorzi tter nog mede,
dat het gewoont e is om de grond van jaar tot jaar te ver
pachten aan de voormalige gebruiker, tegen een door de
grondkamer goedgekeurde pachtprijs.
Hierna wordt zo:nder hoofdelijke stemming en met algemene
(li) stemmen dit voorstel aangenomen.
—8—