OPENING
BEËDIGING
DE LEDEN
DE RAAD.
NOTULEN van de openbare vergadering
van de raad der gemeente Dinteloord en:
Prinsenland, gehouden op dinsdag, 6 septem
ber 1966 des avonds om 7.30 uur.
Aanwezig zijn de herens P. Ylamings
kens, A. de Jong, F0 Hulshuf, A. v.d. Wiele, M. idturris
T a
Buscop, o.Bier-
P. Boluijt, G. de Schutter, J. de Visser en H,
Voorzitter de heer Mr.H.Pop.
Hack,
1De voorzitter opent de vergadering door voorlezing van
het formulier-gebed.
VAN 2. Om tot beëdiging van de leden van de raad te kunnen over-
VAIT gaan, vraagt de voorzitter aan ieder lid of hij bereid is
-belofte, dan wel de zuiveringseed of
leggen.
een bevestigend antwoord te hebben ont-
de leden van de raad ieder afzonderlijk dat
van de raad te worden benoemd, direktelijk
onder wat naam of voor
de ambtseed of -belofte, dan wel de
-belofte af te
Na hierop
vangen, zweren
zij om tot lid
of indirektelijk aan geen persoon,
ook, enige giften of gaven, beloofd of gegeven
wendsel
hebben en dat zij om iets hoegenaamd in deze betrekking te
doen of te laten van niemand hoegenaamd enige beloften of
geschenken aannemen zullen, direktelijk of indirektelijk.
Hierna zweren zij trouw aan de Grondwet en aan de
wetten des Rijks en dat zij de belangen van de gemeente
Dinteloord en Prinsenland met al hun vermogen zullen voor
staan en bevorderen.
De voorzitter spreekt vervolgens de vergadering toe
als volgt
Mijne Heren,
Nu u zo juist de eed hebt afgelegd en daarmede tot
volwaardig raadslid zijt geïnstalleerd, moge ik beginnen
u welkom te heten in deze zaal, speciaal het grote aantal
nieuw gekozen raadsleden, de jongeren onder ons.
Het zal u duidelijk zijn, dat de door u aangevangen
taak in deze tijd geen eenvoudige is.
Allereerst niet, omdat er wetten zijn die nauwkeurig
de bevoegdheden van de verschillende bestuurscolleges
regelen en die nu eenmaal nageleefd moeten worden willen
er geen ongelukken gebeuren en er is ook nu eenmaal een
eigen stijl en traditie ontstaan bij het werken voor de
publieke zaqk. Het is duidelijk, dat hier veel studie
noodzakelijk zal zijn, om zich eniger mate in dit vak 'in
te werken.
Vervolgens niet, omdat de wereld en ook Dinteloord
niet vandaag is ontstaan, doch reeds een aantal jaren
langer bestaat. Er was b.v. een gemeenteraad vóór deze
raad en die heeft al een aantal daden gesteld en besluiten
genomen. Men noemt dit "beleid—op—langere—termijn"
Er zijn om zo te zeggen ook nog zaken onderhanden. Het
lijkt mij nuttig in een volgende vergadering, of liever
na een volgende vergadering, een soort bespreking te houden
van dit soort zaken, waarbij ik denk aan de mogelijkheid
dat de oudere raadsleden de nieuwe inlichten over b.v.
geldende en aanhangige bestemmingsplannen, structuurplan
nen en streekplannen, gemeenschappelijke regelingen waarin
de gemeente deelneemt, onderwijspolitiek in brede zin, enz»
De onderwerpen zouden zich uit de vraagstellingen kun
nen ontwikkelen.
En in de derde plaats is het moeilijk en zwaar, om
dat men zich^als gemeente en dus ook als raadslid door
duizend en één restricties en banden belemmerd voelt door
"hoger hand"of dit nu gedeputeerde staten der provincie
J- o