BENOEMING
TIJDELIJK
WETHOUDER.
-3-
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 april
1966 om over te gaan tot verkiezing van een tijdelijk
wethouder, omdat wethouder H,Th,Huijsmans vanaf 11
juni 1966 tot en met 8 augustus 1966 afwezig is wegens
verblijf buitenlands.
De heer Vlamings verkrijgt het woord en zegt, dat het
gebruikelijk is, dat uit de grootste partijen een wet
houder wordt gekozen. Dit is in Dinteloord steeds ge
daan om een politiek evenwicht te verkrijgen. Het is
dus vanzelfsprekend dat de KVP verwacht, dat nu haar
wethouder vertrekt, de plaatsvervangend wethouder ook
uit de gelederen van de KVP wordt gekozen.
Voordat tot de stemming wordt overgegaan, wil hij dit
in het midden van de raad neerleggen.
De heer de Visser stelt als candidaat voor tijdelijk
wethouder, de heer A.Stange. Hij doet dit, omdat de
heer Stange het langste lid van de raad is en derhalve
het best is ingewerkt in de problemen van de gemeente.
Bovendien is het de laatste zittingsperiode van de
heer Stange als lid van de raad en dan zou een tijde
lijk wethouderschap een mooie afsluiting zijn van deze
periode.
Deze wethoudersverkiezing heeft de volle belangsteHing
van de heer de Prei. Hij geeft de leden van de raad in
overweging een persoon te kiezen, die "haar op z'n
tanden heeft, omdat je als wethouder tegenover veel
zaken en personen komt te staan. Bovendien zal zo'n
persoon - indien dit enigszins mogelijk is - over veel
ervaring moeten beschikken. Hij steunt danook geheel
het voorstel van de heer de Visser om de heer Stange
als zodanig te kiezen. Hij beveelt Stange danook gaarne
aan.
De heer Hulshof heeft bij de vorige wethoudersverkie-
zing moeten constateren, dat de kleine partijen ten
aanzien van deze verkiezing buitengesloten zijn.
Van een politiek overwicht of evenwicht, zoals de heer
Vlamings stelt, is in de raad van Dinteloord geen spra
ke. Het is een samenwerken in de raad voor de gehele
gemeenschap en een raad bedrijft geen politiek.
De meningen in de fractie van de KVP zelf zijn geheel
verdeeld. Het beste zou zijn, wanneer de heer Vlamings
maar een candidaat van de KVP naar voren bracht.
De heer Hulshof ondersteunt het voorstel van de heer
de Visser, om de heer A.Stange tot tijdelijk wethouder
te kiezen.
Ook de heer Buscop ondersteunt het voorstel van de heer
Visser. Hij stelt, dat men in dit voorstel geen poli
tieke keuze mag zien.
De heer Vlamings zegt in antwoord op^het door de heer
Hulshof gestelde, dat inderdaad door KVP geen overleg
is gepleegd met de andere partijen. Dat de kleine
fracties voor geen wethouderszetel in aanmerking komen,
vindt hij heel natuurlijk. Ook bij de provinciale staten
en bij de Twee&Kamer gebeurt dit en daar is niets aan
te veranderen; dat is nu eenmaal politiek.
De heer Hulshof verwart, aldus de heer Vlamings, poli
tiek met algemeen belang. Het is een normale zaak, dat
de wethouders uit de grootste partijen worden gekozen
en dit heeft met politiek als zodanig niets te maken.
De heer Vlamings wil de persoon van de heer Stange niet
in discussie brengen; wanneer in plaats van voor de
heer Huijsmans, voor de heer Valkenburg een tijdelijk
wethouder gekozen zou moeten worden, dan lagen de zaken
geheel anders.
-4-
