verhogen. Ook zal over ireer dan 1 /30 gedeelte van de reserve
moeten worden beschikt. Ons kollege heeft er niet het minst
behoefte aan zwaardere lasten op de inwoners te leggen dan
strikt nodig is. Wanneer echter de raad meent dat bepaalde
werken uitvoering behoeven en de begroting geen ruimte biedt
dan zal een keuze z ijn te maken tussen bf het werk niet uit
voeren dan wel bepaalde belastingverhogingen.
Een en ander zal te zijner tijd,dus na het in werking
treden van de wet Financiële verhouding tussen Hijk en Oeir.een-
ten nader worden bezien.
Hierna spreekt de heer Stance aldus:
Heer is er een jaar voorbij en ligt de begroting voor
1961 weer voor ons ter goedkeuring.
Allereerst een woord van dank aan hen die deze begro
ting hebben opgesteld en van een duidelijke voorlichting heb
ben voorzien.
Dat wij wederom geen sluitende begroting door het kolle
ge van burgemeester en wethouders krijgen aangeboden zal wel
niemand onzer verwonderen. Immers 1960 is een jaar geweest
van grote financiële werken,die niet alleen onze kapitaal-
dienst voor grotere lasten plaatst maar ook de gemeentelijke
huishouding zwaarder belast door rente en aflossing. En zeer
ze eer moet er alles op gezet worden om de gemeente-financien
gezond te maken.
lelukkig hebben wij kunnen konstateren dat de gemeente
rekening altijd nog al wat gunstiger is uitgevallen dan de
begroting.
Dat het tekort op 5^-000,= wordt geraamd kan ons niet
onberoerd laten. Nog steeds weet de gemeente niet hoe de finan
ciële verhouding tussen rijk en gemeente zal worden ^pregeld.
Wat wij wel weten is dat de regering er naar streeft èm iedere
gemeente haar zelstandigheid op gezonde basis te laten behou
den
Laar mijnheer de voorzitter dan zullen toch zeker deze
gemeenten moeten weten hoe ver de regering financieel de gemeen
ten tegen:oet wil komen.
Ik voor mij ben nog steeds niet bezorgd dat onze gemeen
te hierdoor financieel achter uit zal gaan; ik verwacht het
tegendeel. Volgens de toelichting op de begroting is uw kolle
ge daar niet zo erg gerust op,immers door dat het tekort met
ongeveer ƒ.20.000,is toegenomen heeft uw kollege gemeend
reeds een tip te moeten geven dat er kans bestaat op belasting
verhogingen
Als men ziet wat in 19Ó0 tot stand is gekomen en wat er
nog in plannen wordt uitgewerktmoeten wij - en dat is mijn
mening - met enige reserve te werk gaan.
Zeker,wij leven in een tijd van hccgkon junktuur maar
die hoogkonjunktuurzo als wij dio nu kennenlevert voor onze
gemeente grote bezwaren op.
ras onze bevolking vroegere jaren op de landbouw aange
wezen,nu heeft men daarvoor industrie nodig en heeft ren dat
nog niet,dan r.»oet men naar elders om zijn brood te verdienen
En als wij nu de belastingen tot in de top moeten gaan
verhogen,zou u dan denken dat dit bevordelijk fcal zijn voor
aantrekken van industrie en wat daar mede aan vast zit?
Als het nodig is de belasting te gaan verhogen dan moet dit
bezien worden,maar enkel en alleen uit noodzaak. Ik hoop als
nog dat wij daarop niet verder behoeven in te gaan
Wat mij heeft teleurgesteld in de toelichting op de be
groting dat ondanks alles in kannen en kruiken is,voor de
uitbreiding in het oostelijk deel,nog zo weinig perspectief
kan worden gegeven.
Ik wil hiermede niet zeggen dat wij van u verwachten
dezelfde grote plannen en voortvarendheid als van de gemeente
Fijnaart. Heeft uw kollege naast de uitbreidingsplannen nog
verdere uitzichten voor wat onze gemeente betreft?
Let de grote lijnen mijnheer de voorzitter die in de
begroting zijn aangegevenkan ik mij wel verenigen. Zeker
heeft het gemeentebestuur de taak om voor uit te zien naar
datgene wat komen gaat in West-3rabantOok onze gemeente moet
daar zo veel mogelijk in worden betrokkenzodat wij straks
niet in de hoek worden gedrongen. - 5 -