-4-
DE HEER BIERKERS vraagt hoe het is met percelen na ont
e igening
DE VOORZITTER zegt dat wanneer het bestemmingsplan een
maal is vastges te ld, dit geldt, zowel voor particuliere-
als voor gemeentebouw
DE HEER DS VISSER vindt he bes trijding van het bezwaar
schrift van de heer Smits niet erg zuiver gestelde Inder
tijd is deze grond gerkocht van de gemeente als bouwgrond
en nu wordt dpze daarvoor afgekeurd .De vraag van de heer
Smits om schadeloosstelling is niet onbillijk. Het stuk
grond wordt zodoende waardeloos en brengt de rente nic- c
eens op,
DB VOORZITTER merkt op dat inderdaad niet diewinst de
grond zal opleveren die de heer Smits 30 jaar geleden
heeft gedacht. Het is geen kunst om winst te maken op
gronden waarbij de gemeente de verplichting op zich neemt
om wegen aan te leggen. Op het grootste gedeelte van de
grond zijn woningen gebouwd en op het allerlaatste stukje
zal het in de toekomst niet zo gemakkelijk gaan.
DE HEER DE VISSER wil deze quest ie zakelijk bezien; wan
neer de heer Smits winst heeft gemaakt gaat dat ons nu
niet aan.
DE VOORZITTER zegt dat hij wel de woningen had kunnen
bouwen doch er is nimmer enig plan ingediend.
DE HEER DE VISSER merkt op dat het niet mogelijk was om
in de oorlogsjaren te bouwen.
DE VOORZITTER brengt verder onder het oog dat het niet
juist is dat enkele mensen profiteren van de gemeenschap,,
en winsten gaan maken tengevolge van de daden van de
overheid. Spreker is wel bereid te overwegen om de grond
over te nemen tegen door het prijzenbureau vastgesreide
prijzen.
DE HEER DE VISSER vraa gt of het mogelijk is om op de
grond gemeente woningen te boxiwen.
DE VOORZITTER wil gaarne deze questie onderzoeken of
daartoe de mogelijk bestaat.
DE HEER DE VISSER dringt e^op aan om in elk geval de b;._
Smits de kans te geven om de grond aan de gemeente te ver
kopen tegen daarvoor geldende normen.
DE VOORZITTER zegt tenslotte toe de grond te zullen laten
schatten en dan aan de heer Smits een bod te doen.
Hierop wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders
met algemene (7 stemmen) en zonder hoofdelijke stemming
aange nome n.
VEROHDEHIÏÏG 8. Een voorstel van Burgemeester en Wethouders dd0 7 Juli
KA.FVBRBOD» 1950 tot vaststelling van een verordening op het vellen
of rooien van bomen en andere houtopstanden in de kom
der gemeente - z.g. kapverbod -
DE HEER DE VISSER vraagt of dit verbod geldt voor alle
hees ters enz.
DE VOORZITTER zegt dat dit niet het geval is; in de ver
ordening is dit precies omschreven.
Hierop wordt deze verordening zonder hoofde li
en met algemene 7 stemmen vastgesteld.