Mi Van de eerste dag van haar refUgé-bestaan was haar houding bepaald: ook hier geen persoonlijke voorrechten voor haar en de kinderen en geen uitzonderlijke plaats in de nieuwe gemeenschap. Deze houding wordt door een democratisch levend volk, zeer gewaardeerd. Als dan algemeen bekend wordt dat zij voorlopig in Canada zal leven, spreekt zij haar Gastvolk toe en stelt zich aan hen voor. Zij vertelt, altijd het plan gehad te hebben West-Indiè' te bezoeken en bij die reis ook Canada aan te doen; maar nu kom ik tot U en vraag Uw gastvrijheid, zodat mijn twee kleine dochters veilig zijn voor gevaar voor achtervolging van de vijand. #Ik ben hun moeder en vind hen vanzelfsprekend allerliefst. Maar er is één ding, dat ik U zou willen vragen: "Geef mij niet Uw mede lijden, maar geef ons wat wij meer dan iets anders behoeven, volk van Canada en van de Verenigde Staten van Amerika, geef ons Uw sterkende lief de". Do not give me your pity." dat is een gevleugeld woord geworden, dat de houding van de Prinses weergaf. En omdat zij een Nederlandse is, wordt deze houding ook de Nederlanders toegeschreven, die niet beklaagd willen worden noch zich in zelfbeklag wensen te verliezen. In de aanvang heeft de veiligheid der kinderen de activiteit der Prinses als offer gevraagd. Zo is het begrijpelijk, dat in de zomer en de winter van 1940 alleen de "breiplichten" vervuld werden, plichten, die ie dere vrouw, niet direct in de oorlogsmachine ingeschakeld, verrichtte voor de geallieerde strijdkrachten. Maar op het einde van dat jaar bracht zij een bezoek aan New-York en/ het White House als gast van President Roosevelt. f logeerde op" En daarmede is het begin gemaakt van haar activiteit in den vreemde. Talloze officiè'le en niet-officiè'le bezoeken aan staatslieden beginnen el kaar op te volgen. Ontvangsten van de bemanningen van Nederlandse zee schepen, bezoeken aan nederlandse instellingen, aan zeemans- en soldaten- tehuizen, aan universiteiten, waar zij het eredoctoraat in de Rechten aan vaardde wisselcbnelkaar af. In West-Indië, Suriname en Curasao werd zij met overweldigend enthousiasme ontvangen, zii Het moet onze Prinses wonderlijk te moede geweest, dat zij daar weer op een stukje vrije Nederlandse bodem kon gaan. Toen zij, na deplechtige be* groeting door de Gouverneur van Curapao en enkele legerautoriteiten een mede-studente uit leiden plotseling ontdekt, gaat ze spontaan naar haar toe en begroet haar met een kus .Een ooggetuige schrijft dan: "De werkelijke waarde, vooral van officiële ontvangsten, is recht evenredig aan het deel "hart" en "geest", da t er in verdisconteerd wordt. En gelukkig wekt Prin ses Juliana bij welhaast ieder de levende gevoelens op, omdat zij zelf overstroomt van hartelijkheid en zo gelukkig is, de gave te bezitten, deze op ongedwongen wijze aan de mensen over te dragen. Op deze wijze heeft onze Prinses de vitale en belangloze moed gehad, het zaad der vriendschap voor Nederland overal te zaaien waar zij mensen ontmoet. De eer haar in den vreemde bewezen, vat zij op als een teken van belangstelling voor ons land. Evenmin als haar Koninklijke Moeder is de Prinses ooit tekort gescho ten in de liefde, die het vraagt zich in de toestand van andereninte denken. Als Koninklijk Ambassadrice heeft zij haar taak in die moeilijke oorlogs jaren op zich genomen, en de kennis van en de belangstelling voor ons klei ne landje in dat machtige grote Amerika aangekweekt. Wij kunnen dan ook gerust getuigen, dat Haar werk, naast de verzorging van de kleine Prinsesjes, door haar al die jaren met grote liefde en trouw ver richt, ontelbare voordelen voor ons volk heeft opgeleverd-. - Dankbaar -

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1948 | | pagina 26