2. Deze vreugde is echter vermengd met diepe weemoed om allen, die zijn heengegaan en warm medegevoel met hen, die achterbleven, of wier have en goed vernietigd ward. Het leed aan ons Volk in oorlog en bezetting aangedaan, zul len wij niet licht vergeten, Begrijpelijk en gerechtvaardigd zijn de daaruit ook tegen bepaaldi Nederlanders voortspruitende gevoe lens .Wij moeten er ons echter rekenschap van geven dat ook zij te eniger tijd weer in onze gemeenschap moeten worden opgenomen. Volken van Indonesië. Tot U heeft mijn Moeder in donkere dagen lichtende woorden gesproken, die voor U en Nederland een groots werkplan ontvouwden, opdat gij en Nederland in vrijwillig samengaan een gelijkwaardige en eervolle plaats zouden innemen in de rij der volkeren. Ik vertrouw dat onder mijn regering de nieuwe verhouding een har- monische vorm zal vindon, welke aansluit bij wat leeft en groeit Q in Uw midden. Volken van Suriname en van de Nederlandse Antillen, Vrijheid, gelijkwaardigheid en zelfstandigheid zullen in het nieuwe Koninkrijk Uw onvervreemdbaar erfdeel zijn. In het vertrouwen, dat ik zal mogen rekenen op Uw aller steun, op welke trap der ambtelijke ladder en in welke maatschappelijke werkkring gij ook arbeidt, en met de bode, dat God mij moge sterken, aanvaard ik de regering. Lasten en bevelen dat deze proclamatie in de Staatscourant en hot Staatsblad/en ter plaatse, waar zulks gebruikelijk is, aange plakt zal worden. opgenomen Amsterdam, 4 September 1948. JULIANA Rcio Voor- 3- Vervolgens wordt door de Voorzitter de navolgende rede uit- ^tter. gesprokens Mijne Heren Raadsleden Geachte aanwezigen. Dozer dagen las ik het volgende gedicht; "Eenvoudig en oprecht heeft 't vreugdelied geklonken In stad en dorp alom, voor Neerlands Koningin; Gevoelens in het diepst van heel ons volk verzonken, Bij 't vijftigjarig feest en 't naad'rond nieuw begin. De scepter door Uw hand, 0 Majesteit, omsloten, Gaat ongerept, in glans van 't jubilerend goud, Naar onze kroonprinses, uit 't edelhuis ontsproten, Als nieuwe Koningin, geliefd bij jong en oud." In deze woorden noemt de onbekende dichter treffend schoon, wat ?S in ?e f^SGiopen week en ook heden bezig houdt, n.l. het zo pas herdachte gouden regeringsjubileum van H.M.Koningin Wilhelm!^ en do troonsbestijging van onze nieuwe vorstin, Koningin Juliana. - Deze - t

Raadsnotulen

Dinteloord: 1946-1996 | 1948 | | pagina 23