commissie aangegeven, we zijn voorstander van legalisering van softdrugs. Het huidige gedoogbeleid stelt ons gemeentebestuur in wezen voor een enorme moeilijke opgaven om een beleid te voeren, terwijl er talloze hiaten in de wetgeving zijn die een adequate uitvoering van beleid frustreren. .Je probeert als gemeente een aantal regels vast te stellen die bijna niet te controleren of na te leven zijn. We hebben al geconstateerd dat landelijke legalisering vanwege de internationale verhou dingen niet wordt aangedurfd. Ik denk dat dat ook een van de redenen is waarom het plan van de fractie Linssen het niet zal halen, hoe aardig het ook klinkt om een legale softdrugszaak langs de A4 te realiseren. Het feit dat men het een legale softdrugszaak noemt geeft de onmogelijkheid daarvan in wezen al aan. We zitten met het gedoogbeleid, het is niet legaal. Desondanks heeft het gemeentebestuur geprobeerd een stuk beleid vast te leggen in een nota. Het uitgangspunt van die nota is de bestrijding van de overlast voor burgers en omwo nenden. Er is sprake van aantasting van de woon- en leefomge ving. Wij hebben nog eens heel goed gekeken hoe die overlast eruit ziet. In feite kan je die in twee categorieën verdelen; enerzijds is er sprake van verloedering van de omgeving, verpaupering, door het aanzien van coffeeshops. Ik denk dat daar een heel goede maatregel voor bedacht is, aanscherping van de regelgeving op dat gebied om ervoor te zorgen dat die panden gewoon veel beter passen in aanzien bij de rest van de buurt. Het tweede punt van de overlast bestaat uit het drugs toerisme en met name dan de klachten van aan— en afrijdend autoverkeer dat met draaiende motors voor zo'n zaak staat. We kunnen ons heel goed voorstellen dat dat, met name in woonwij ken, tot enorme overlast leidt, terwijl het misschien ander zijds op een plaats als de Vismarkt wat minder opvalt omdat dat nu eenmaal een parkeerterrein is waar sowieso veel af- en aangereden wordt. Wij vragen ons af of de maatregelen die nu in de nota worden voorgestaan daadwerkelijk gericht zijn op het bestrijden van diè overlast. Wat wij eigenlijk missen is een inventarisatie van waar de klachten nu het meest nijpend zijn. Er wordt wel aangegeven dat er overlast is, maar bij welke coffeeshops is dat het meest. Hoe is het met de verhou ding van bezoekers van coffeeshops. In sommige gevallen zal er meer sprake zijn van bezoekers uit de eigen omgeving, van de eigen bevolking en minder van toeristen, in andere situaties zal dat misschien andersom zijn. Wij hebben eigenlijk in de nota nergens kunnen lezen waar die overlast en bij welke coffeeshops het probleem nu het allergrootst is wat dat be treft. Er wordt in de nota gesproken over signalen. Er wordt niet echt duidelijk aangegeven waar die signalen vandaan komen. Er zijn natuurlijk klachten binnengekomen bij de poli tie. Er is echter niet een werkelijk duidelijk rapport waarin staat daar concentreert zich dit probleem en daar dat pro bleem. Wij denken dat het belangrijk is om te inventariseren waar de grootste knelpunten zitten. Je moet dat eerst eens heel goed in kaart brengen wil je die overlast daadwerkelijk aanpakken. Als je die dan vervolgens gaat aanpakken, dan denken wij dat je het toch moet gaan zoeken in de vorm van fysieke maatregelen. We hebben het in de commissie ook al gezegd, misschien parkeervergunningen voor bewoners zodat 2 anderen daar niet kunnen parkeren. We denken dat er£a9eda££ moet worden over een manier waarop je het autwerkeer, net heen en weer rijden, gaat terugdringen. We denken ook dat een regeling zol moeten komen in een drugs in horecavergun- ning, waarin duidelijk wordt gemaakt dat het de ve^n^o°rde 1 i -ikheid van de coffeeshophouder is ervoor te zorgen dat alle klachten en overlast die voortkomen uit het bezoek van zxjn klanten bij hem komen te liggen. Wij denken dat je een cof feeshophouder daarvoor verantwoordelijk moet bestrijden blijkt dat hij niet in staat is die overlast te bestrijden moet gewoon heel streng gesanctioneerd worden. Ik.wil eig liik in dat verband op een heel ander voorbeeld wijz ogenschijnlijk misschien niets mee te maken lijkt te hebben Een aantal jaren geleden was er bij hockeyvereniging Tempo sprake van enorme overlast voor omwonenden vanwege aan en afrijdende auto's van ouders die hun kinderen avond aan avond wegbrachten voor hockeytraining en ze weer op kwamen halen. Mensen in de Marathonstraat hebben daar steen en been over geklaagd. Dat is met de gemeente besproken. Er- is geen par keerverbod afgevaardigd in de Marathonstraat, nee er is een beroep gedaan op het bestuur van de hockeyvereniging.Zij zijn verantwoordelijk gesteld voor die overlast die daaruit vloeide De heer VAN DER KALLEN: Met alle respect. Ik vind het verge lijken van een hockeyvereniging en de kwaliteit van het be stuur met eventueel de exploitatie van een coffeeshop erg ver gezocht. Ik waardeer het pragmatisme van D66, maaJ lk Olijke er toch iets mis zit tussen de oren om daar een dergelij vergelijking te trekken. Mevrouw KAMMEIJER: Dat ben ik niet met u eens, want het gaat om een voorbeeld waar je mensen aansprakelijk stelt voor bestrijding van overlast die voor de gemeente alleen heel moeilijk is in te dammen. Wat ik wil zeggen is dat, als j daar strengere sancties op zet, of het nu om een hockeyvereni ging gaat waar gedreigd wordt dat hun ingang wordt of een coffeeshophouder die te horen krijgt als cilt: afgelopen is gaat je zaak voor een maand dicht en als het nog een keer gebeurt voor langere termijn pfhij gaat belemaa dicht, is naar mijn mening wel vergelijkbaar.Je doeteen beroep op de verantwoordelijkheid van degene die de overlast voor omwonenden veroorzaakt. Dat is wat ik hiermee tw^ aangeven. In het kort gezegd vinden wij dus dat mventarisati belangrijk is en verder dat er een individuele aanpak per coffeeshop gezocht moet worden om te zorgen dat die maa ^ege len worden genomen die nodig zijn de specifieke^ overlas er plekke aan te pakken. Nu zijn de maatregelen die in de nota naar voren worden gebracht van veel algemener aard. Ik wil er even een aantal doornemen. Wij zijn het in principe eens me punt 1, waarin gesteld wordt dat een uitsterfbeleid wor voorgestaan, waarbij we teruggaan van 7 naar 4 coffeeshops. Het blijkt dat op basis van normering, het aantal inwoners onze stad, volstaan kan worden met 4 coffeeshops, zonder da daar extra problemen uit voort zouden moeten komen. Wij zou u wel willen adviseren, in samenspraak met de politie, nauw

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 6