De heer LINSSEN: Hier smul ik van, van dit soort moties. Ook in de commissie konstateerde ik al dat alle coalitiepartijen het met u niet eens zijn. Dat was wel duidelijk. Felle beto gen, niet alleen van onze fractie, maar vele keren van de zijde van de WD en ook van Gemeentebelangen/Stadspartij, het CDA, D66Met andere woorden, ik denk dat we maar eens moeten gaan kijken of we de delegatiebevoegdheid niet weg moeten gaan halen bij het college, daar komt het in feite op neer. Ik vind het werkelijk geweldig en zeker nu de motie vanuit het CDA komt. Ze hadden me niet meer kunnen bedienen dan met deze motie, want dit is fantastisch. Laten we zo maar verder gaan. Nu is het het verhaal Knopjes. Ik kom dan met het verhaal Omloop. Want pas erop,als we dit doen dan kom ik met stapel tjes aan, daar kunt u van op aan. De heer WITHAGEN: Bij wijze van interruptie, hij kan altijd nog plaatsnemen in de bankjes aan deze kant. Dat is geen enkel probleem. De heer LINSSEN: Luister, ik vind het prima. Ik wou dat ik er tijd voor had om nu een motie klaar te maken waarin de be voegdheid bij het college weggehaald wordt. Anders moeten we maar even schorsen, dan wil ik zo'n motie in elkaar zien te zetten. Dan moeten we de bevoegdheid maar terughalen, dan kunnen we bij wijze van spreken straks over de Glacisstraat praten en de bewoners voor dat stukje groen wat wel beeldbepa lend groen is wel helpen. We hebben toch tijd genoeg vanavond en dan zullen we maar eens om een schorsing vragen en dan kijken of we niet een motie in elkaar kunnen zetten waarin deze bevoegdheid bij het college wordt weggehaald. Ik steun dus de motie, maar ik voel wel wat voor een schor sing De heer WITHAGEN: Mag ik de fractievoorzitter van lijst Lins sen wijzen op het feit dat hij moet oppassen voor de kan en het deksel. De heer LINSSEN: Ik ben gek op dat soort deksels, daar heb ik al ervaring in. De heer WOLTJER: Ik denk niet dat we het delegatiebesluit direct terug moeten halen gezien de feiten die de heer Linssen nu opnoemt. De fractie van Groen Links blijft vierkant en rechtlijnig achter het standpunt van het college staan om de heer Knopjes dit stukje grond niet te verkopen, want het lijkt er een beetje op, de heer Knopjes is al jaren bezig met maar aanhouden en maar aanhouden, dat de aanhouder uiteindelijk wint. Voor mijn gevoel moeten we hier dus niet in meegaan. De heer FRANKEN: Heeft u daar argumenten voor De heer WOLTJER: Ik vind niet dat je dit stukje groen moet verkopen. Aan de overkant ligt nog een slechter stukje, Om loop/Kapittelstraat en dat zou er dan ook aan moeten gaan. De heer LINSSEN: Dat zijn de gevolgen als dit zo gebeurt. 12 De heer WOLTJER: Ik wil graag, dat is nog een stukje eigenbe lang ook, het stukje groen voor mijn eigen deur houden. De heer LINSSEN: Dat mag u ook kopen, dan blijft het groen. Dat bespaart ons heel wat, dan kunt u dat onderhouden. De heer WOLTJER: We moeten gemeentelijke grond niet gaan verkopen, dat moeten we voor eigen gemeente houden. De heer VAN DER KALLEN: Het CDA sprak erover dat het college zou volharden in haar afwijzing. Ik denk dat je ook kunt stellen dat de heer Knopjes volhardt in het keer op keer vragen naar, mijns inziens, de bekende weg. Ik denk dat het college op dit punt haar mandaat uitstekend gebruikt. Er zijn met betrekking tot dit soort stukjes open baar groen raadsbesluiten genomen, waarbij criteria zijn vastgesteld en die hanteert het college met betrekking tot dit punt. Ik denk dat het college dit uitstekend hanteert. Ik begrijp dan ook niet dat er collegepartijen zijn die^ met een dergelijke motie komen. Ik denk dat het college uitstekend naar de raad heeft geluisterd. De raad heeft een aantal be sluiten genomen, er is een voorlichting geweest en een commis sie waarin over deze problematiek is gesproken. Niet specifiek over de heer Knopjes, maar wel over deze problematiek. Ik vind het treurig dat dit geval in de raad op deze manier besproken wordt. De raad is er voor de hoofdpunten, de raad is er om beleid te maken. Als ik het enthousiasme van de heer Linssen hoor over zo'n minuscuul stukje gemeentelijke grond, dan zeg ik bij mezelf, je moet van een mug een olifant maken, want anders val je klaarblijkelijk onvoldoende op. Dat is echter niet de politiek die ik in deze voorsta. Ik denk dat het college met betrekking tot deze zaak uitstekend heeft gehan deld. Ik denk dat de heer Linssen precies aangeeft met al zijn andere suggesties waarom we moeten volharden in het handhaven van de criteria zoals die in de raad zijn vastgesteld. Ik had het van het CDA beter gevonden als zij niet schermden met een motie en niet schermden met te zeggen dat zij het zo treurig vinden dat het college haar mandaat op deze manier gebruikt. Als het CDA dit werkelijk anders wil dan moeten we, denk ik, de criteria opnieuw bespreken. Dan is een construc tieve vraag, college wij willen de criteria opnieuw op de agenda De heer WITHAGEN: De heer Van der Kallen nodigt het CDA uit. Het is heel simpel. Je kunt zeggen als een college het mandaat gebruikt: a. daar zijn wij het niet mee eens. Je kunt een ander politiek wapen nemen en zeggen, daar zijn we het echt niet mee eens en onderstrepen dat met een motie. Die kunt u aannemen en die kunt u naast u neerleggen. Dat is politiek een volledig geoormerkt mechanisme. Wij kunnen ook nog via een Boudewijnconstructie de delegatie terughalen en even later weer teruggeven. Dat zijn allemaal mogelijkheden. Wij kiezen uitdrukkelijk voor een uitspraak dat de CDA-fractie vindt dat het college in deze haar mandaat niet goed heeft toegepast. Dat onderstrepen wij uitdrukkelijk door een motie. 13

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 41