De VOORZITTER: Dames en heren, dan zijn we bijna aan het eind van deze laatste vergadering van deze raadsperiode. Een korte periode, tweeënhalf jaar, met een ambitieus beleidsprogramma waarvan we, rekening houdend met al het werk dat er ook ver richt moest worden in het kader van de verhuizing naar het nieuwe stadskantoor en de voorbereiding van de gemeentelijke herindeling, toch veel op de rails hebben gezet, zoals het toeristisch recreatief actieplan, beleidsplan binnenstad, wijk- en buurtbeheer, uitvoering van de nieuwe Algemene Bij standswet, zwembad Binnenschelde, Joorenpleingarage en beper king van overlast van coffeeshops. Maar u weet ook dat niet alles naar wens en planning is verlopen, dus voor de nieuwe raad zijn er nog voldoende zaken om te besturen. Bij deze wil ik iedereen bedanken die betrokken is geweest bij het realiseren van alles wat er wel tot stand is gekomen. Dat zijn ook in belangrijke mate onze medewerkers. Ik wel hen danken, en ik denk dat ik dat namens u allen doe, voor die inzet om dit met ons samen te bereiken. Wat de raad zelf betreft denk ik dat het ook geen stereotype periode is geweest. Eén raadszetel is in het geheel niet bezet, een ander nagenoeg niet. We hebben de wisseling van een raadslid gehad van Groen Links. We hebben een wisseling van een collegepartij gehad. Tweemaal het verschijnsel van af splitsing, dus nieuwe kleine zelfstandigen. Dat alles in tweeënhalf jaar, waarin niemand zich heeft hoeven te vervelen. Voor 12 uwer is dit niet alleen de laatste avond van deze periode, maar u keert ook niet terug in de nieuwe gemeente raad. Voor hen zal het een avond zijn met gemengde gevoelens. Zelfs als je ervoor gekozen hebt om niet terug te keren of op een niet direct verkiesbare plaats te gaan staan, realiseert u zich nu op het uur van het afscheid pas echt dat je toch wat afkickverschijnselen zult gaan vertonen, want je merkt dan dat deelnemen aan de publieke zaak ook een verslavende zaak is. Om die toekomstige ex-raadsleden daarbij wat te helpen en mijzelf ook, want ik mis weieens een fractie, heb ik met een paar van u al bedacht dat we eens serieus na moeten denken over het oprichten van een steunfractie voor de burgemeester, vooral met een evaluerend karakter, vooral tegen de tijd dat het weer barbecueweer wordt. We moeten daar eens over doorpra ten, misschien een oprichtingsvergadering hebben en ik nodig bij deze alle ex-raadsleden in spé uit om omstreeks 27 januari zodat u niet echt in de nieuwe raad de eerste fractievergade ring gaat missen, eens langs te komen en te kijken hoe wij dan die avond met elkaar op een andere manier passend door kunnen brengen. De heer WITHAGEN: Dat is geen barbecuetijd toch. De VOORZITTER: Nee, dat is de oprichtingsavond, 27 januari is de oprichtingsavond en dan gaan we eens over de barbecue nadenken. Om te gaan participeren in het openbaar bestuur van de stad waarin je woont, waarbij je je veelal toch voor minimaal 4 jaar verplicht om nagenoeg al je vrije tijd daarin te stoppen, dan moet je betrokkenheid bij die stad en bij de mensen in die 50 stad erg groot zijn. Die betrokkenheid neemt daarna alleen maar toe, omdat je, als je in de raad zit, eigenlijk tot de best geïnformeerden van de locale samenleving gaat horen. Want zowel wat betreft de informatie uit het «pollege en het ambte lijk apparaat als vanuit burgers en bedrijven weet je ontzet tend veel, want iedereen weet je wel te vinden. Afhankelijk van de omvang van je fractie, je politieke kleur en je eigen geaardheid speelt ieder raadslid zijn eigen, heel verschillen de en niet de onderschatten rol. Daarin moet je elkaar roet respect behandelen, raadsleden onderling en politieke partijen in hun relatie met raadsleden. Wanneer dat niet het geval is verliest de politiek het respect van de kiezer en dat is slecht voor het aanzien en de legitimatie van het openbaar bestuur Terug naar de raadsleden die afscheid nemen. Sterk bewogen met de stad, RO-specialist van zijn fractie, af en toe wat moeite met horen, maar altijd luisterend naar goede argumenten, 11 jaar raadslid en dan weet iedereen over wie we het hebben, dat is de heer Aertssen. De heer Claes is weer heel anders. Tweeënhalf jaar raadslid. Een stil water met waarschijnlijk hele diepe gronden, die een cruciale rol heeft gespeeld bij de besluitvorming over het zwembad Dan de heer Coppensook tweeënhalf jaar raadslid, raakte goed ingewerkt, het was duidelijk dat hij veel^ ingangen had in sport- en verenigingsleven, maar ook dat de ingangen de andere kant op werkten. De heer Franken, gedurende drie periodes in de raad, in totaal zo'n 9 jaar. Gedegen en inhoudelijk zoals dat bij een conrec tor past, niet gericht op de tribune maar op de zaak. De heer Jouvenaz, ruim 9 jaar afwisselend voor een viertal partijen in de raad en dan moet hij vanavond afscheid nemen op de dag dat hij 80 jaar wordt. Ik begrijp dat ik hem hier namens u allen mag feliciteren. Ik stel nu niet voor dat we hier in de vergadering gaan zingen, dat zullen we hiernaast zo voor u doen. Wat is nu het meest kenmerkende voor hem. Ik denk dat dat die vitaliteit is, in en buiten de raad, waar iedereen jaloers op is. Mevrouw Van Oorschot, tweeënhalf jaar in de raad. Jammer genoeg niet aanwezig vanavond. Kundig, concentieus en geënga geerd, die je haast bij alles wat er in de stad te doen was wat de gemeente betrof tegenkwam. Zonde dat dat soort eigen schappen zo weinig door kiezers wordt beloond. De heer Woltjer, relatief kort in de raad, ruim een jaar. Jammer dat uw gezondheid u parten speelde. Uw beeldmerk; duidelijke presentatie. Waar u politiek staat kan geen twijfel over zijn, ook als u een bestuurlijk standpunt inneemt. Dan kom ik aan de top vier wat betreft het aantal dienstjaren. Om tot die top vier te behoren, dat doe je niet zomaar, want zo lang overleef je de politiek niet als er geen diepgang is. Ik kom dan allereerst bij de heer Bolsius. Vanaf februari 1984, bijna 13 jaar, raadslid. Een generalist zoals dat meer geldt voor raadsleden die gewild of ongewild in de commissie 51

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 313