het verdelen van het geld. Daarom zal de Partij van de Arbeid wat zij graag aan wijzigingen of aanpassingen van deze notitie doorgevoerd zou willen zien op het moment waarop we over de centen praten aan de orde willen stellen en dat is bij de discussie over de voorjaarsnota volgend jaar. U zult dan zeker van ons horen. De heer PLASMANS: Er is al een heleboel gezegd en ik kan me bij de laatste woorden van collega Van den Kieboom volledig aansluiten. Als je financiële normen en drempels wilt gaan optrekken, dan zal dat een groot beslag op de begroting leggen en ik denk, dat is ook al door andere collega's aangegeven, dat juist de begrotingsbehandeling voor 1997 het aangewezen moment is waarbij we daarop terugkomen. Voor het overige is het beleidsplan Sociale Zaken helder en duidelijk en geeft een heel duidelijk wettelijk en beleidsma tig kader. We hebben daar in de commissie al uitvoerig over gesproken en de WD-fractie heeft zich in de commissie akkoord verklaard en herhaalt dat bij deze. De heer STUART, wethouder: De benadering van de heer Van den Kieboom is natuurlijk de juiste. Ik vind het jammer dat de heer Van der Kallen het formeel procedureprobleem een beetje bagatelliseert, want het bestaat natuurlijk. Normaal gesproken behandel je een beleidsplan Sociale Zaken in het kader van een begroting. Dat klemt deze keer te meer, omdat als je de wijzi gingssuggesties eens bij elkaar optelt, u echt over tonnen praat. Van 95% naar 100% kwijtscheldingsnorm, dat gaat meer dan twee ton extra kosten. Hoe vervelend het ook is om over dit soort dingen zakelijk te spreken, het is natuurlijk een probleem geworden. We praten wel over al meer dan een half miljoen gulden. Een half miljoen tot een miljoen gulden als je alle suggesties in guldens vertaalt. Dat is geen klein bedrag. Daar moet je toch met elkaar over praten in wegingen van prioriteiten en dat doe je bij de begroting. Zo zit het toe vallig wel in elkaar. Om die reden hebben wij als college gemeend dan ook geen andere voorstellen te moeten doen, want je treedt absoluut in het budgetrecht van de nieuwe raad. Dat verwijt willen wij niet krijgen. Ik denk dat dit een heel zuivere procedure is._ U kunt straks de wensen allemaal op een rijtje zetten en uitgerekend zien wat het kost, netjes tegen elkaar afwegen en keuzes maken. Er zijn een paar dingen die nu nog wel gezegd kunnen worden. Wij hebben in de commissie toegezegd dat we het vrijwilligers werk in relatie tot het premiebeleid nader zouden onderzoeken. Die afspraak bestaat en daar zal het college dus op terugko men. Ik wijs erop, niet om dat nu als een argument te gebrui ken, maar om als een feit te vermelden, dat de gemeenteraad van Halsteren dit stuk ongewijzigd heeft vastgesteld. Het is dus niet erg voor de hand liggend om van f. 105,- naar f. 150,- te gaan in Bergen op Zoom terwijl dat in Halsteren andersom is gebeurd. Ik vind ook dat we eerlijk moeten zijn wat dat betreft. Wij hebben vorig jaar bij het beleidsplan vastgesteld dat dat middel van de bijdrage van f. 105,- een ondeugdelijk middel is dat niet werkt en we hebben het alleen maar gehandhaafd in afwachting van de conclusies over de 32 kortinqspasDat wordt nader onderzocht. Het ligt dan v°or de hand om dat ook nog maar een half_ jaartje voort te zetten, maar dan wel ongewijzigd natuurlijk bij een ondeugdelijk middel. Met betrekking tot de administratieve drempel van t. nu, denk ik dat het toch verstandig is om zaken m proportie te zien. Het is een heel theoretische discussie geweest in de commissie en wij hebben nog eens gekeken of we daar een beetje vat op konden krijgen. In 90% van de gevallen leidt de toepas sing van de drempel tot onmiddellijke toekenning, dus zonder eigen bijdrage. Dan houd je 10% over. Je praat dan ongeveer over een uit te keren bedrag bij een aanname-gemiddelde van f. 75,- van f. 6000,- wat uitgekeerd moet worden. In de begro ting hanteren wij ong. f. 650,- als kosten van aanvraag behan deling. Dat zou betekenen dat je om f. 6000,- uit te geven, ik kan het ook niet helpen, f. 50.000,- kosten moet maken. Tegen die achtergrond moet u ook de discussie voeren, denk ik. Het wordt dan toch wel heel erg theoretisch allemaal waar het over gegaan is. In 90% zonder meer toepassing en zonder^ eigen bijdrage en in alle overige gevallen, wanneer men een bijdrage van onder de f. 13 0,- krijgt wordt er door de dienst nadrukke lijk in de voorlichting op gewezen dat men moet sparen. In de loop van het jaar komen die mensen ook bijna allemaal nog wel over die streep. n Ik denk dat dat de punten waren die in de discussie zijn blijven liggen. Ik denk dat het heel verstandig zou zijn om inderdaad bij de begrotingsbehandeling met de nieuwe raad verder te gaan en ervoor te zorgen dat de wettelijke voor schriften die erin voorzien dat je op 1 januari een goedge keurd beleidsplan moet hebben, die vanavond tot vaststelling van dat plan kunnen leiden. De heer WOLTJER: Uiteindelijk zullen wij wel met het voorstel moeten instemmen. Ik vind het jammer dat er toch niet een aantal uitspraken in die zin wordt gedaan dat men daar bij de begrotingssamenstelling rekening mee durft te houden. Ik wil nog even reageren op de heer Van Oers, want ik denkdat als hij heeft begrepen dat ik hem voordien een slecht sociaal beleid heb verweten, hij toch niet goed naar mij heeft geluis terd. Ik heb wel het idee dat het CDA de laatste tijd een andere koers is ingeslagen en ook heel erg belangrijk is geweest voor het beleid wat tot dusver was gemaakt. In die zin heeft toch een verschuiving plaatsgevonden bij het CDA.^ De nieuwe fractie van Groen Links zal het komende jaar met name dit onderwerp als speerpunt nemen, in die zin zult u ons nog regelmatig horen. De heer VAN DER KALLEN: De portefeuillehouder spreekt uit dat ik de procedure wat bagatelliseer. Ik bagatelliseer niet de procedure. Waar ik wel vraagtekens bij zet is het geld of het budgetrecht gebruiken als leidraad voor de behandeling van politieke problemen. Ik vind dat toch wat anders. Ik heb al vaker hier mijn moeder ten tonele gevoerd, maar ik kan het ook niet helpen want zij was nu eenmaal het bindend element wat mij opvoedde. Zij had soms wijze benaderingen. Ik denk dat dat, zeker vanavond, ook van toepassing is en daarom 33

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 304