b. reeds gemaakte afspraken gerspecteerd blijven.
Als uw college hier vanavond de garantie kan geven dat u deze
principe—afspraak in de nog te voeren onderhandelingen over de
nota CAI-beleid niet los zult laten, kunnen wij accoord gaan
met uw voorstel
Ik wacht dan ook uw reactie in eerste termijn af.
De heer SMITS: In een korte tijd spreken we nu al voor de
derde keer over ons CAI-net en het is duidelijk dap de techni
sche ontwikkelingen zo snel gaan dat het amper bij te houden
is. Ik ben op de laatste commissie APPZ niet aanwezig geweest
dus ik loop de kans dat ik een opmerking maak waar al een
antwoord op gegeven is in de commissie, maar dat hoor ik dan
wel. Nu staat op de rol het machtiginghouderschap van de
gemeente. Dat moet een antwoord krijgen naar een infrastruc
tuurvergunning voor 7 oktober. De mogelijkheden die er zijn,
zijn dat wij zelf die infrastructuurvergunning aanvragen, maar
als we kijken wat daar de consequenties van zijn, is het
duidelijk dat de gemeente daar op dit moment de kennis niet
voor in huis heeft, die we dan zullen aan moeten trekken.
Bovendien denkt de WD-fractie dat dat geen taak voor de
gemeente is. Ik denk dat we dan verstrikt raken in allerlei
commerciële belangen. De andere keuze is het voorkeursrecht te
verlenen aan de PNEM. Die heeft erom gevraagd, dat is duide
lijk. De PNEM heeft mijns inziens wel de know how in huis.
Voor de PNEM is het ook een interessant werkveld in Brabant
als ze verschillende onderdelen van het net aan elkaar kunnen
koppelen.
Wat punt 1 betreft, de medewerking te verlenen aan de NV PNEM,
gaat de WD-fractie accoord.
Over punt 2 wil ik wat meer zeggen. Punt 2 spreekt over de
onderhandelingen met de PNEM over de nieuwe exploitatie-over
eenkomst. Als je het zo leest en je kent de gesprekken die met
de PNEM gevoerd zijn niet, dan lijkt dit een beetje mosterd na
de maaltijd. We geven eerst het voorkeursrecht en vervolgens
gaan we onderhandelen. Wetende dat de PNEM geen liefdadig
heidsinstelling is, denk ik dat we toch even scherp moeten
stellen waarover we graag zouden hebben dat u onderhandelt. Ik
denk dat er twee belangrijke onderwerpen zijn. Punt 1 zijn de
precariorechten voor het leggen van kabels en aanverwant en
het tweede zou zijn het toezicht op de standaardpakketten en
de tarieven, maar daaraan nog verbonden de randvoorwaarden
voor het ontwikkelen van de infrastructuur
Eerst even over de precariorechten. Een beetje geschiedenis.
Gemeentebedrijven is vroeger een onderdeel van de gemeente
Bergen op Zoom geweest, dat is in 1987 overgegaan naar de NV
West, ENWA West en hoe het destijds precies met de overgang
geregeld was is mij niet helemaal duidelijk, maar ik kan mij
voorstellen dat de precariorechten voor die tijd niet zo
scherp speelden, omdat dat een eigen dienst was. Nogmaals, hoe
die overgang exact geregeld was is mij niet helemaal duide
lijk, maar nu de infrastructuurvergunning richting PNEM gaat
is het wel duidelijk dat er commerciële belangen in het spel
komen en dan denk ik dat het dan toch reëel is om dit onder
werp, precariorechten, op de rol te zetten en te kijken of dat
niet geregeld kan worden zoals wij met andere ook doen. Ik
42
denk dat dat een billijke zaak is.
Het tweede punt is het toezicht op de standaardpakketten.
Er is een wetsvoorstel '95, dat is nog niet aangenomen, us e
uitkomst is nog niet duidelijk, waarin wordt gesproken over
een must carry blok, ik vind het een nare naam, maar het gaat
erom dat de rijksoverheid naar zich toetrekt welke zenders er
op de kabel moeten komen. Dat zijn dus de publieke omroepen
Nederland, Belgie, regio en zes van de europese gemeenschap.
Ruw geteld zijn dat er zowat dertien. Daarnaast kun je dan
spreken over een basispakket, dat gaat verder, dat is een
surplus wat hier bovenop komt. Dat zou onderwerp van discussie
moeten zijn met de PNEM, of wij daar nog invloed op uit kunnen
oefenen. Ik denk dat dat op dit moment duvels belangrijk is,
want als we daar geen uitkomsten over hebben en dat wetsvoor
stel wordt geen wet of daar wordt behoorlijk aan geknaagd, dan
zitten we aardig in het schip. Ik zou graag hebben dat dat van
tevoren uitonderhandeld wordt, ongeacht wat overschiet van het
wetsvoorstel dat ter tafel ligt. Ik heb stellig het vermoeden
dat tussen dat must carry blok en het basispakket toch nog een
zender of 8 a 10 zou moeten kunnen zitten. Dan denk ik dat we
wel tegemoetkomen aan de opmerking die de heer Van der Kallen
in de commissie heeft gemaakt.
Bij punt 2, de onderhandelingen, spelen uiteraard ook de
tarieven. Ik denk dat we daar heel duidelijk over zijn. Dat
moeten redelijke tarieven zijn. In het wetsvoorstel staat ook
dat de minister zich daar niet mee bemoeit. Hij kijkt alleen
toe of de tarieven redelijk zullen zijn, maar spreekt zich er
verder niet over uit hoe hoog het tarief moet zijn. Ik denk
dus dat het een zinnige zaak is dat wij dat van tevoren extra
goed regelen.
Het derde punt is de randvoorwaarden van het ontwikkelen van
de infrastructuur. Dat heeft twee kanten, pat heeft de nuts
functie die aan de infrastructuur vastzit, dat heeft met
kwaliteit te maken. We moeten toch afspraken metde PNEM maken
dat de kwaliteit van dat deel waar wij belang bij hebben, dat
is de CAI en de radio, perfect is en goed overkomt. Het tweede
deel is de economische functie die er aan vast kan zitten dat
er een goede infrastructuur wordt weggelegd en dat heeft te
maken met het vestigingsklimaat voor onze gemeente. Dat zijn
ook belangrijke zaken.
Als ik het dan allemaal op een rij zet, dan zijn er nog een
aantal punten die hier bij mee zouden kunnen spelen en dat is
o.a. de signaleringsfunctie, de bewakingsfunctie.
De VOORZITTER: Zullen we hier de hele commissie overdoen
De heer SMITS: Dat is het risico dat ik u tevoren al noemde.
De VOORZITTER: Daar kunnen wij, die wel de commissie hebben
bijgewoond, niet zoveel aan doen. Ik zou gewoon toch willen
bepleiten het hier echt op hoofdlijnen te houden en later,
want we komen er toch nog een keer over te praten hoe we
verder willen, de verdere detaillering door te praten.
De heer WOLTJER: Zoudt u de toezeggingen die u gedaan heeft in
de commissie kunnen noemen? Ik denk dat dan veel van de vragen
43