op dat moment kunt u daar een inhoudelijk oordeel over vellen. Ik denk niet dat we nu al een kwaliteitsdiscussie moeten hebben over dat plan. Dat is vanavond niet aan de orde. Ik wilde toch tot een afronding komen. De heer JANSSEN, wethouder: Ik denk dat ik toch nog een paar opmerkingen moet maken in de richting van de heer Woltjer, want die heeft daar naar gevraagd. Het planschadeverhaal hebben we in eerste termijn al met elkaar besproken. Ik denk dat het geen zin heeft om dat nog een keer in tweede termijn te doen. Sturend parkeren, mijnheer Woltjer, heeft een heleboel ingan gen. Eén van die ingangen is onder andere geconcentreerd parkeren. Dat is niet iets wat wij in deze stad hebben uitge vonden, dat wordt in heel Nederland gedaan en ik kan eigenlijk zeggen in heel West-Europa. In die zin is het dus geen syno niem, maar is het duidelijk onderdeel van het sturend parkeer beleid. Ik denk dat de heer Aertssen vermoedelijk in zijn tweede termijn wat woorden omgedraaid heeft. Misschien dat hij dat zichzelf niet bewust was. Hij zei op een bepaald moment de parkeergarage is drager van de supermarkt. Dat is het in ieder geval niet. Het is andersom. Ik denk ook dat hij dat zo heeft bedoeld. De angst die hij uitgesproken heeft voor het Mineur plein is er bij ons niet. Wij gaan ervan uit dat wij dat samen met APO op een heel goede, constructieve manier kunnen invul len. De VOORZITTER: Ik kom tot een afronding van de discussie over de realisering van de parkeergarage Past. Joorenplein. Ik breng allereerst het raadsvoorstel in stemming en daarna de twee moties. Wat betreft het raadsvoorstel heb ik in de discussie geconlu- deerd dat Groen Links, lijst Linssen en de heer Van der Kallen tegen zijn en ik heb nog geen reactie gehoord van de heer Claes. U bent tegen het voorstel.? De heer BOLSIUS: Ik stel het op prijs als wij horen waarom de heer Claes tegen is, dat vinden wij altijd prettig om ook even te horen. De heer VAN DER KALLEN: Ik stel het op prijs als u inventari seert dat u mij ook aanduidt als fractie BSD. De VOORZITTER: Ik concludeer dan dat Groen Links, lijst Lins sen, fractie BSD en de heer Claes tegen het raadsvoorstel zijn. Dat zijn met elkaar 6 stemmen. De houdt in dat 21 leden van deze raad voor het voorstel zijn en daarmee is dit raads voorstel aangenomen. Ik kom dan bij de eerste motie zoals die ingediend is met als eerste ondertekenaar de heer Bolsius. Ik heb gehoord in de discussie dat Groen Links, Partij van de Arbeid, lijst Linssen en de BSD tegen deze motie zullen stemmen. Ik kijk naar de heer Claes. Ook tegen. Dan zijn dat 9 stemmen. Dat houdt in dat er van de 27 aanwezigen 18 voor zijn en is daarmee deze motie aangenomen. 38 Ik kom dan aan de tweede motie, ingediend door de fractie van de BSD. Daar is de fractie van de BSD voor. Ik heb begrepen dat ook lijst Linssen voor die motie is. Ik kijk naar de heer Claes. Tegen deze motie. De heer WOLTJER: Groen Links is voor deze motie. De VOORZITTER: Groen Links ook. De heer J. VAN ES: Gemeentebelangen/Stadspartij tegen de motie. Ik had me daar ook nog niet over uitgesproken. De VOORZITTER: Dan concludeer is dat voor de motie zijn 5 stemmen. Dat zijn er 5 van de 27 en zijn er 22 stemmen tegen de motie en is deze motie daarmee verworpen. Ik ga terug naar het begin van de agenda. wi-iziaing Algemene Plaatselijke Verordening. Nr. Bd-BeZ/30 De heer VAN DEN KIEBOOM: Ondanks mijn afwezigheid in de com missie heeft de commissievergadering door kunnen gaan,_ mijn excuses nog daarvoor. Ik zal het ook heel kort houden hier in de raad. Wij zijn accoord met uw voorstel. Wij vinden het ambitieus en een goede zaak dat u een aantal zaken hier wilt aanpakken. Aan de andere kant baart het mij wat zorgen als het gaat over de handhaving. Vandaag stond in een krant een aantal opmerkingen van de heer de Regt, chef van het politiedistrict. Ik trok daar voorlopig de discussie uit, we kunnen dit wel willen maar zal de politie dat kunnen handhaven. Daar gaat het tenslotte om. Een tweede puntje is een vraag aan u als het gaat over contai ners, gaat het dan ook over containers van particulieren Het derde punt dat ik onder uw aandacht^ wil brengen is he toezicht op het laatste door de milieupolitie en de opmerking ten aanzien van de aansturing. Zoals mij^ bekend gebeurt het nu door de politie en de vraag is natuurlijk of dat via de afde ling Reiniging voldoende kan plaatsvinden, geziende positie die de milieupolitie inneemt in de totale organisatie. De VOORZITTER: Wat de eerste opmerking, de handhaving, betreft moet ik zeggen dat dat steeds weer een afweging is die afhan kelijk is op bepaalde momenten van andere zaken die er spelen en prioriteiten die gegeven moeten worden. Daar houden we continue de vinger aan de pols via jaarplannen en MARAPS. Ondanks het feit dat we er af en toe problemen mee hebben, denk ik toch dat het een belangrijke zaak is dat we onszelf de mogelijkheden gecreëeerd hebben dat als er meer dan incidenten zijn we daar iets aan kunnen doen. n Wat betreft de containers en de milieupolitiek kunnen we afspreken dat we daar in de commissievergadering op^ terugko men. Dat zijn verdere technische details, waarover ik op dit moment een beschouwing kan houden, maar ik zou dat eerst even willen terugkoppelen. !k concludeer dat de raad met het voorstel zoals hier ligt kan 39

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 235