De heer J. VAN ES: Ik heb een voorstel van orde. Ik zou graag agendapunt 27 willen behandelen na agendapunt 29, want als 29 niet wordt goedgekeurd is 27 niet nodig. De heer VAN DER KALLEN: Ik heb ook een voorstel van orde en misschien is dat te combineren. Mijn voorstel van orde is om agendapunt 29 als eerste te behandelen vanavond. Dat wil ik als volgt motiveren. Morgen loopt er een bezwarentermijn af, de bezwaren met be trekking tot de artikel 19-procedure omtrent die locatie. Gezien de overvolle agenda en gezien het simpele feit dat al een aantal moties mijn tafel heeft gepasseerd, ben ik bang dat het wel eens laat op de avond zou kunnen worden. Het zou toch heel merkwaardig worden als een besluit inzake agendapunt 29 mogelijk bij de voortzetting van de raadsvergadering morgen pas genomen zou worden, terwijl als bewoners van deze stad de discussie van vaavond resp. het besluit wel of niet geaman- deerd, wel of niet omlijst met moties, omtrent agendapunt 29 mee zou willen nemen in hun bezwaren, zouden ze daartoe ge blokkeerd zijn door het simpele feit dat we mogelijk pas morgen een beslissing nemen, afhankelijk van het verloop van de vergadering, over dit onderwerp. Mij komt dat als onjuist voor en ik vraag dan ook de vergade ring om agendapunt 29 als eerste te behandelen vanavond. De VOORZITTER: Het college heeft daartegen geen bezwaar. Hebben de raadsleden daar ook geen bezwaar tegen of zien zij liever de oorspronkelijke volgorde gehandhaafd We ondervangen dan ook meteen het voorstel van de heer Van Es, want dan brengen we niet agendapunt 27 naar achteren, maar halen we agendapunt 29 naar voren. Als dit ordevoorstel wordt gesteund, dan zal ik na vaststel ling van de notulen van de vorige vergadering overgaan tot het in discussie brengen van agendapunt 29. De heer VAN DEN KIEBOOM; Nog even kort reagerend op de heer Van Es, wil ik zeggen dat naar onze opvatting juist punt 27 absoluut los staat van punt 29. Heel nadrukkelijk is dat, naar onze mening, ook zo gesteld. De VOORZITTER: Dat is het college met u eens. Ik denk dat, nu de volgorde anders wordt, we geen tijd moeten besteden aan het uitgebreid bespreken van deze kwestie. 1. Vaststelling van de notulen van de vergadering van 29 augustus 1996. De VOORZITTER: Hierover hebben ons geen op- of aanmerkingen bereikt, zodat dit verslag conform is vastgesteld. 29Realisering project parkeergarage Pastoor Joorenplein. Nr. SOB/72 De heer BOLSIUS: Als een gemeenteraad in enig jaar in meerder heid en in grote meerderheid een besluit neemt en je bent het daar als fractie niet mee eens, dan moet je constateren dat 2 het jou destijds aan overtuigingskracht heeft ontbroken. Vervolgens sta je als medepartiu in deze stad, 9eza™f bestuurders, voor de taak om dat genomen besluit op^en zo waardige wijze uit te voeren. Volwaardig ™t te ücht hoog mogelijke kwaliteit van uitvoering. In ^t^innmerkiigen hp7ien zult u ook de afgelopen weken de kritische opmerkingen van de fractie van D66 moeten hebben beschouwd* ^^op^Sn geven aan een besluit van de gemeenteraad, maar ^anwelopeen zodanige wijze dat wij ons in die uitvoering nog kunnen vin den Wij moeten constateren dat er met betrekking o realisering van dit voorstel nog twee zaken zi^nu die voor t fractie van groot belang zijn, waarover een uitspraak moer komen. Het eerste betreft de financiële dekking. Iedereen die het stuk leest, ik ga absoluut de commissievergadering niet overdoen, kan constateren dat de plannen Mineurplein en "abij heid en de plannen Past. Joorenplein, beide onderdeelL van het uit te voeren parkeerbeleid in het kader van be P Rinnenstad verder gaan dan de financiële polsstok lang is. Bovendien is er, volkomen terecht, behoorlijke kritiek geweest op de verhoging van de kosten van de vergunninghouders van f 60 - naar f. 180,-. Dit is een verhoging die naar de mening van dé fractie van D66 absoluut niet voortkomt -ncurren- tie—overwegingen jnet Roosendaal, want wij zie nog niet verhuizen. Wij dachten dat juist de concurrentie- overwegingen net Roosendaal zaten in de kortparkeerders die vIS™? de regio onze stad willen bezoeken voor winkelen en dat daar een gelijkschakeling in zat. Het betekent dat het g tieve financiële verhaal voor het /ealls.erenv^anon^31 fra^tie keergarages plus het gat dat naar de mening van onze fr?ct terecht qeslagen gaat worden in de dekking, omdat 1 mening zijn dat mlximaal f. 100,- voor de vergunninghouders neer dan genoeg is, maakt dat er iets moet gebeuren in het financiële draagvlak voor het voorstel. In goed overleg en in goede samenwerking met Gemeentebelan qen/Stadspartij en mede ondertekend door de fractievoorzitters van het CDA en de WD zou ik u dan ook gaarne een motie willen overhandigenEen motie die ik u in eerste termigrwil over- handigen, omdat ik uitermate benieuwd ben hoe de fracties in deze raad op de tekst van deze motie, die puur gaat ove*_ d financiële onderbouwing in het hele verhaal, zullen reageren. De VOORZITTER: Ik heb een motie ontvangen met de volgende DehRaad van de gemeente Bergen op Zoom in vergadering bijeen nn cpdtember 1996, heeft kennis genomen van: Voorstel SOB/72 inzake realisering project parkeergarage Pastoor Joorenplein: deBflnanc'iëXe?^gevolgen van de realisatie van de bouw van een parkeergarage dienen te worden bezien binnen een bredere financiële uitwerking van het parkeerbeleid. het thans voorliggende om die reden, naast de realisering van het project Pastoor Joorenplein ook verwijst naar de te bouwen aaraues op de locaties StJosephplein/Parade en Mineurplein, de samenwerkingsovereenkomst met APO gericht is op het geza men ^jk uitvoering geven aan het binnenstadsbeleld, waarvan

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 217