terlijk in het advies, de tijdsfactoren alsmaar werden over schreden De derde grote problematiek is dat als het gaat om de cultuur van de dienst, er ingeslopen is dat de uitvoering, de techni sche realisatie van allerlei projecten, het primaat heeft en dat het goed organiseren van de verantwoordelijkheden zoals die zijn georganiseerd binnen het gemeentelijke bedrijf een tweede plaats kreeg. Dat zijn de geconstateerde problemen, zowel een organisato risch- als een managementsprobleem. Ik hecht eraan als CDA-fractie om uitdrukkelijk te verklaren dat vanuit de functie van deze dienst, van de technische realisatie van een en ander, van allerlei taakvelden die in deze dienst gekweten worden, er geen enkele negatieve opmer king in de rapportages gevallen is. Dat wil zeggen, dat wij het probleem wat onze fractie betreft ook moeten afgrenzen op dit organisatorische probleem en dit managementprobleem Wij hechten eraan om dit zo uitdrukkelijk vast te stellen. Ik had de opdracht van de fractie om dat goed helder te maken. Het is dus geen dienst die in haar volle breedte of volle diepte faalt. Dat is absoluut niet te rechtvaardigen op grond van de rapportages. Honderden mensen doen in de dienst, naar de mening van onze fractie, op een uitstekende manier hun werk. Toch herkent de CDA-fractie zich in de gebleken problematiek. Deze van aard communicatieproblematiekdat is de kern van het probleem, hadden we misschien, ik pak nu naar het begin Yan mijn inleiding terug, kunnen voorzien, maar het is en blijft een communicatieprobleem. Wij als CDA-fractie herkennen ons in het advies en zouden u uitdrukkelijk willen vragen om dit advies van de commissie Financiën, op basis van de rapportages van de bijzondere commissie, integraal over te nemen. Daarin wordt u een aantal zaken opgedragen waar ik dadelijk op terug kom. Wij hebben uitdrukkelijk de mededeling, dat mocht er uit deze raad deze avond aanvullend het verzoek komen naar u als colle ge om op basis van het een en ander de reorganisatie binnen de dienst SOB als het gaat om de verantwoordelijkheidslijnenals het gaat om de managementsli jnenlos van het I A-project, los van het vroegere Coopers Lybrand voorstelopnieuw te bezien en te wikken en te wegen in relatie tot deze rapporta ge, dan zegt mijn fractie bij voorbaat dat het ons sympathiek in de oren klinkt en geven wij u nu het advies om zo'n verzoek ook serieus te bekijken. Ik moest dit even heel goed uitdruk ken Het derde punt dat wij willen melden is dat wij zeggen, het advies op blz. 3 verdient nog even een kleine correctie. Dit is een technische opmerking. In de zin op blz. 3, de derde alinea is weggevallen de woordjes "op te dragen". Als u dat ook even wilt noteren, anders klopt de zin daar niet. Er staat letterlijk "de commissie verzoekt u om het college op te dragen onderstaande verbeteracties te begeleiden". Dat was het laatste puntje van de drie. Rest mij iets te zeggen over de schuldvraag. Ik wil daar nog uitdrukkelijk aan toevoegen dat de schuldvraag door ons bezien wordt in het licht van de toekomst. Afrekenen vinden wij 48 minder spannend. Spannender vinden wij hoe we met ons allen als raad en met u als college in de bestuurlijke functie dit bedrijf voor dit soort mankementjes die kunnen optreden in een organisatie, de heer Coppens heeft al gezegd, te voorkomen. Dan zeggen wij, uit de rapportage blijken vele omstandigheden waardoor zo'n beweging en zo'n fout ontstaat en de groei van zo'n fout best begrijpelijk is. Er zijn omstandigheden die je Verzachtend zou kunnen noemen. Dikwijls wensen wij mensen dat alle elementen in een organisatie optimaal functioneren. Een fractie als de onze weet maar al te goed dat wij werken met een menselijke maat en dat we vaak tevreden moeten zijn met goed functioneren. Alle water van de zee wast echter niet weg, precies op het nare terrein van vertrouwen 'tussen raad en college, dat zulke zaken toch akelig zijn. Nogmaals, wij tasten als fractie ook naar onze eigen verantwoordelijkheid. Met name, wij^ noemen het puntje, het rioleringstoestandjewaarbij wij duidelijk als fractie hebben gevraagd om jaarlijkse rapportages en dat gebeurt dan één jaar, het jaar daarop niet meer en wij als fractie hebben dat ook gemist. Wij, raadsleden die dit zelf hebben ingediend, hebben dat twee jaar later gemist. Een verzachtende omstandigheid is wel dat wij volledig blind varen op u als college. De heer VAN DER KALLEN: Dat is geen verzachtende omstandig heid, dat is een manco van uw fractie. De heer WITHAGEN: Ik wil met de heer Van der Kallen best discussiëren, maar dan maak ik eerst even mijn lijn af. Wij als raadsleden zijn altijd afhankelijk, zo is ook onze politieke situatie en onze bestuurlijke situatie in elkaar gestoken, van de informatie van de raad. Er staat ons geen enkel apparaat ter beschikking om in de dienst allerleivoort gang te controleren. Dat zou ook een foutieve constructie zijn in het dualisme tussen raad en college. Als wij de schuldvraag bezien van hoe heeft dit kunnen gebeu ren, dan constateren wij een drietal verschillende momenten. Wij zeggen dan dat in de lijn van de dienst, in de ambtelijke lijn bevoegdheden zijn uitgeoefend die er op dat moment niet waren. U als college moet dat verder rechtzetten. Op de tweede plaats zijn evenzeer in de verantwoordelijkheid van de dienst fouten gemaakt op dat punt die niet hadden mogen gebeuren. Ik kom dan bij de politieke en bestuurlijke verantwoordelijk heid. Er zijn twee argumenten voor om uitdrukkelijk bij de toenmali ge portefeuillehouder de verantwoordelijkheid te leggen. Dat is op de eerste plaats dat wij uit de rapportages moesten Constateren dat het in het college afgesproken en als veilig heidsklep dienende tweemaandelijkse verslag van het overleg tussen diensthoofd en portefeuillehouder in de rapportage ontbrak en dat de externe accountant ook meldde dat het niet aanwezig was. °p de tweede plaats is het zo dat wij van mening zijn dat gezien het volumebeslag de melding, dat komt ook rechtstreeks hit de door de accountant geconstateerde situatie, aannemelijk 49

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 198