altijd in een aantal shops gaan winkelen en dan heeft men ook
meer.
Wat betreft de controlemogelijkheden waar we het over hebben
en het fouilleren, daar stuiten we op een volgend probleem.
Wat we hebben willen bereiken is dat de politie, we doen daar
ook bij het rijk ons best voor, om net zo als het geldt voor
alcohol als je alleen een verlofvergunning hebt, ook in kasten
mag kijken. Je kan dan een stuk meer doen. Ik denk dat het
voor een beheerder van een coffeeshop erg lastig wordt om de
hele dag met veel voorraad om het middel te gaan lopen. We
hebben het dan natuurlijk niet over een klein beetje. Wat dat
betreft zeg ik, er zullen ongetwijfeld weer andere dingen
bedacht worden, maar of je tot fouillering moet overgaan Dan
ga je heel ver. Ik denk wel degelijk dat de verruiming van de
controlemogelijkheden iets toevoegt aan het beheersbaar houden
van het probleem en kunnen controleren van de door de gemeente
gestelde eisen.
Ik kom dan in de richting lijst Linssen op het punt van de
communicatie. U vindt ook onder punt 9 van het voorstel dat we
zeggen dat we duidelijker moeten communiceren met de burgers
over wat er met de klachten gebeurt. Dat houdt ook in dat we
zeggen: blijf, als er klachten zijn, dat melden. We kunnen
niet meteen ingrijpen, maar ook de hoeveelheid klachten en de
aard daarvan geeft wel degelijk door cummulatie een helder
beeld. U geeft ons dan instrumenten om mee te werken, want op
een gegeven moment is het niet alleen een gemeentelijke zaak
maar zal het ook een gerechtelijke zaak kunnen worden, en is
het aantal klachten wel degelijk iets dat meetelt.
Het laatste punt betreft de voorlichting wat zowel door D66
als de WD naar voren is gebracht. Ik denk dat dat inderdaad
een punt van aandacht is. We geven het al in de nota aan. Wij
hebben geschreven, we gaan bij de GGD na, daarop heeft u de
reactie in de brief gezien, wat nu precies op het terrein van
voorlichting over drugsverslaving en softdrugsgebruik aan
jongeren en ouderen gedaan wordt. Gezien de reactie die zij
zelf geven, is dat voor ons ook het signaal om hun suggesties
serieus te nemen. We zullen met hen doorpraten wat daar extra
aan gedaan moet worden. Of dat meer geld moet kosten weet ik
nog niet, want er zijn al budgetten op het terrein van de
verslavingszorg. Daarbinnen zullen we prioriteiten moeten
stellen.
Dit wat mijn eerste termijn betreft. Ik kom naar u terug.
Mevrouw KAMMEIJER: Er wordt alom gesproken over een strikt
handhavingsbeleid, over het inzetten van alle mogelijke midde
len. Uw verhaal horende, voorzitter, moet ik toch constateren,
hoe graag we dat ook allemaal willen, dat die middelen toch
enigszins beperkt zijn. U zegt ook, natuurlijk zouden we heel
veel mankracht in willen zetten, maar we hebben bepaalde
beperkingen. Binnen die beperkingen moet je bepaalde keuzes
maken. Dat is de reden dat wij heel kritisch hebben gekeken
naar de mogelijke effecten van een sluitingstijd van 20.00
uur. Ik begrijp heel duidelijk dat wij van mening verschillen
met een groot deel van deze raad. Wij blijven buitengewoon
bang voor het effect van uitwaaiering van de problematiek. Wij
verwachten dat je in wezen straks nog meer mankracht nodig
20
zult hebben omdat je probleem zich niet meer c<"J
een paar coffeeshops, maar uitwaaiert^ ove^ b b er
Dlaatsen waar ie het niet verwacht. Win zijn bang dat het er
opadie manTer 'toe bijdraagt dat er meer onrustgevceiens ont-
staan, om over de concrete overlast van Zeat we gaan
nog maar niet te spreken.Wij begrijpen ziin. We
eerst met deze punten kijken wat de mog -p, „e grenzen
willen kijken hoe ver we kunnen gaan, we hoop uit-
aftasten. Wij kunnen eigenlijk niet and,ers dan de ho<ap u:it
spreken dat op het moment dat u 20 00
problemen ontstaan als gevolg van de 'dll
u. er zo snel mogelijk ingegrepen zal gaan die
tijden verruimd zullen worden._ Ik zin. Ik hoop
indienen, maar dat heeft naar mijn mening g engewoon
dat u hiér wel heel erg alert op blijft. Wij zijn buitgewoon
bang dat het een tegengesteld effect tot gevo g hooqte
Wat betreft de voorlichting hoop ik dat u ons c>P *e hoogte
houdt van het vervolg van datgene wat_ er uit het ove g
de GGD naar voren komt en de plannen die er dan g
moeten worden.
De heer VAM DEN KIEBOOM: Ik heb in mijn eerste'
onderbuikgevoelens gebruikt, daarmee ge niet belang-
de signalen die wij vanuit de bevolking kriigen niet belang
rijk zijn. Juist het tegenovergestelde. Ikdenk datde
Van der Kallen het treffend heeft weergegeven, het gaat erom
j.i_ „-ï d straat gevoeld worden en ervaren
hoe bewegingen letterlijk op straau y aan het
worden. Dat is altijd subjectief. Misschien ™l°og aan het
strafrecht, het gaat er niet om of iemand]onoéetti-
of de ander zich bedreigd voelt. Dat geeft juist het^onpretti
ge gevoel, dat ben ik met de heer Van der Kallen een
ligt onze verantwoordelijkheid om met een naxl"*leb^PJ™iSf
dil onveiligheidgevoelens en soms zal men een ^eigende
situatie voelen, aan te pakken. Ik heb gezegd dat je over deze
notitie aanmerkingen kan maken als het gaa benaderen
heid van de handhaving. Je zult het positief moeten benaderen.
Laten we dan beginnen met de aanpak die u voorstelt. Ito willen
dan graag bij de eerste MARAP van u horen wat de sparingen
zijn. U heeft mij in uw overtuigende eerste te™^n
kunnen overtuigen dat het amendement op dit n°^6 6
diq is in die zin dat u ervan uitgaat dat hetgeen D66 en
vreesdén met de maximale inspanning voorkomen za wor eru
Graag hSren wij van u wat de praktijk daarvan is Ik.denk dat
als het anders uitvalt dan wij hopen, of ul de
bij kunnen sturen. Ik zou zeggen; aan de slag' beren
problemen kunnen inperken en als we dan vervolgens nog
op de weg tegenkomen, die vervolgens ook pakken.
De heer SMITS: De WD-fractie vindt het een goede
voor ons ligt, ondanks de twijfels die ik in eerst want
tafel heb gelegd. We verwijten uiteraard niemand ie
het is een zeer weerbarstig onderwerp. We weten allGriei
tot stand is gekomen door zeer intensief overleg met aller1
participerende partijen. Wij hebben er vertrouwen in dat zij
hun inbreng straks gestand doen. U was zeer positief
onderdeel voorlichting.
21