commissie heb geuit haalbaar is, daarom uit ik hem hier nog
een keer in de raad om hem vast te leggen, daar gaat het in
feite om. Mij is een aantal malen beloofd door het college dat
wanneer er wettelijke opties zouden zijn om voor een heel
specifieke doelgroep, namelijk die van wat ik bijna zou willen
noemen gehandicapte leerlingen, leerlingen met een indicatie
vanuit de Regionale verwijzingscommissie die op specifieke
schoolverzorging aangewezen zijn, opnieuw te gaan bezien of de
ouderbijdrage noodzakelijk is. Het gaat om kleine bedragen die
ontzaglijk veel rekenen en tijd kosten van de ambtenaren. Ik
zou hier graag vermeld willen hebben dat ik accoord ga met het
voorstel agendapunt 7, met dien verstande dat ik opnieuw
probeer de toezegging in het verslag te krijgen dat het colle
ge gaat bekijken of mijn informatie dat er wettelijke moge
lijkheden zouden zijn om die ouderbijdrage niet toe te passen
op waarheid berusten. Als dat het geval is, herinner ik u aan
eerdere toezeggingen.
De heer AERTSSEN: Bij interruptie. Ik vind het prima dat de
heer Withagen dit soort aanvullingen vraagt aan het college,
maar het lijkt mij dat een eenmalige toezegging van het colle
ge, waarin notabene hun eigen portefeuillehouder zit, voldoen
de zou moeten zijn.
De heer WITHAGEN: Alleen om te verhelderen. Er is een toezeg
ging gedaan door het college dat zodra er een wettelijke
mogelijkheid ontstaat enz. Ik heb in de commissie gevraagd, is
er zo'n wettelijk handvat. Ik kreeg als antwoord nee. Ik ben
zelf op informatie uitgegaan en ik krijg landelijk, van de
mensen die deze modelverordeningen vaststellenals antwoord
dat die wettelijke mogelijkheid er wel was. Mag ik dan nu
vragen aan het college om eens te bekijken hoe dat zit.
Mevrouw DEMMERS, wethouder: Ik heb ook in de commissie gezegd
dat de gedachte die de heer Withagen naar voren heeft ge
bracht, een gedachte is die wij in het college zeker onder
steunen. Je moet ook te allen tijde kijken of die mogelijkheid
aanwezig is. Ook uit de informatie die wij nagetrokken hadden
bleek dat die wettelijke mogelijkheid nog niet aanwezig was.
De heer Withagen heeft mij in klein verband aangegeven wat de
mogelijkheden zouden kunnen zijn. Wij hebben hem toegezegd op
dat moment opnieuw met het VNG kontakt op te nemen. Die toe
zegging staat. Op het moment dat inderdaad de wettelijke
mogelijkheden daartoe zijn, zullen we met een voorstel dien
aangaande naar de commissie terugkomen.
De VOORZITTER: Na deze toezegging kan de raad unaniem accoord
gaan met dit voorstel en is conform besloten.
Vervangingdakbedekking en boeiboorden basisschool De Bora-
hoek. Lambertiinenlaan 3.
Nr. WE/21
14
9
Het vervangen van diverse voorzieningen in/aan de basisscholen
Oost. Kardinaal de Jonghlaan 10. en de KrabbenkooiCoehoorn-
Straat 28.
Nr. WE/22
Vervanging dakbedekking en boeiboorden basisschool De Zonne
wijzer. Galenuslaan 1.
Nr. WE/23
1]
Vervanging meubilair hoofdgebouw p.c. basisschool De Grebbbe
Kastanielaan 121.
Nr. WE/24
Plan van ("bijzondere en openbarescholen voor de school naren
1997/1998. 1998/1999 en 1999/2000.
Nr. WE/27
Zonder beraadslagingen en hoofdelijke stemming worden de
voorstellen 8 t/m 12 aangenomen.
Beschikbaar stellen krediet bouw Scheldecollege
Nr. WE/29
De heer FRANKEN: Dit agendapunt is uitvoerig behandeld in de
commissie Financiën, alleen toen was het vers van de pers en u
begrijpt dat dan een nadere bestudering noodzakelijk is.
Daarbij zijn vragen gerezen en wij hadden in eerste instantie
gevraagd om voor die vragen een extra vergadering te beleggen.
Bij nader inzien bleek dat bij andere fracties minder urgent
en dus is die vergadering niet doorgegaan. Wij hebben in ieder
geval wel een goede informatie gekregen van de afdeling en de
wethouder en dat heeft ertoe geleid dat het voorstel op een
aantal punten in positieve zin is bijgesteld, zodanig dat de
gemeenteraad met dit voorstel een besluit neemt dat in de
toekomst niet aan te vechten is dat wij al op voorhand zaken
financieren die eigenlijk in onderling overleg geregeld zouden
Wioeten worden. Daar wijst o.a. ook de Louis Porquinstichting
al op in een brief van 25 juni j.l. dat deze uitgaven ook
onder de titel tot overeenstemmend overleg zouden moeten
Plaatsvinden. Tekstueel is het in ieder geval goed aangepast.
In het besluit is aanvulling lb opgenomen en ik denk dat dit
juist is. Bij de nadere bestudering bleek ook, daar wil ik
bier toch even de aandacht voor vragen ondanks het feit dat de
Wethouder daar in het overleg een antwoord op gaf, ik wil dat
°ok hier in het openbaar nog eens herhaald zien, het volgende.
In het voorstel van december j.l. stond op blz. 3, in feite is
bit een nadere uitwerking van de principe-uitspraak van novem
ber, dat de netto opbrengst van de Petrus Canisius- en de
Elsemanschool gebruikt zou worden om de uitbreiding te finan
cieren van de locatie Lage Meren. Daar staat, ik citeer"Alvo
rens we kunnen overgaan tot het herinvesteren van de opbrengst
bit de verkoop van onroerend goed zullen alle kosten die
gemaakt dienen te worden om deze verkoop te kunnen realiseren
betaald dienen te worden uit de verkoopopbrengst. Te denken
vuit hierbij aan het aflossen van leningen die momenteel op
15